ECTS-database Plantijn Hogeschool
Biomedische laboratoriumtechnologie - Voltijds modelpakket 3 - Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie
  
cataloognrbenamingstudiepunten
4180100065Werkveldoriëntatie 3FBT4
4180100071Stage en eindwerk FBT23
4180100075Biochemische laboratoriumtechnieken6
4180100081Farmaceutische wetenschappen 26
4180100082Gentechnologie3
4180100091KZ en projectmanagement4
4180100049Labcluster 3FBT14
Voltijds modelpakket 3 - Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie - Werkveldoriëntatie 3FBT
  
O.O. heeft componenten:Neen
Afstudeerrichting//Leertraject:Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie
Code:4180100065
Academiejaar:2012-2013
Type:kernondersteunend,
Niveau:uitdiepend
Periode binnen het modeltraject:Modelpakket 3 - Volledig academiejaar
Contacturen:0
Aantal studiepunten:4
Totaal studietijd:104
Examencontract:niet mogelijk
Deliberatie:mogelijk
Vrijstelling:mogelijk
Onderwijstaal:
Lector(en)Karen Pittois
Goele Caethoven

 

KORTE OMSCHRIJVING

De werkveldoriëntatie bestaat uit de facetten 'project 5' en POP.

Het project handelt over het thema “De weg van gen naar eiwit” waarin de kennis aangeleerd tijdens de theorie en het practicum 'Biochemische Laboratoriumtechnieken' , kan toegepast worden in een reëel biotechnologisch experiment.

Het bijhouden van de POP map dient als hulp voor de student om zijn studie zelf te kunnen opvolgen.


COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
 Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

Algemene competenties

  • BL01 Zoekt opheldering door het stellen van vragen.
  • BL04 Gaat constructief om met kritiek.
  • BL05 Leert uit zijn fouten.
  • BL06 Blijft onder druk zorgvuldig werken.
  • BL07 Blijft onder druk planmatig werken.
  • BL08 Speelt soepel in op een veranderde werksituatie.
  • BL09 Vindt een evenwicht tussen aandacht voor de wensen van anderen en vasthoudendheid aan eigen ideeën.
  • BL14 Neemt verantwoordelijkheid op voor eigen handelen (meldt fouten en incidenten).
  • BL15 Verwittigt bij afwezigheden.
  • BL16 Respecteert deadlines/afspraken.
  • BL18 Deelt spontaan informatie/gegevens met anderen.
  • BL19 Sluit compromissen om gemeenschappelijke belangen te realiseren.
  • BL20 Houdt rekening met inbreng van collega's.
  • BL26 Neemt duidelijke standpunten in ook al worden ze niet gedeeld door de groep.
Algemene beroepsgerichte competenties
  • BL30 Gaat stapsgewijs en systematisch te werk bij het analyseren van een probleem.
  • BL31 Schat de mogelijkheden en beperkingen van een werkmethode in.
  • BL33 Gebruikt informatiebronnen kritisch.
  • BL34 Evalueert resultaten kritisch.
  • BL36 Splitst een grotere opdracht zelfstandig in stapsgewijze deeltaken.
  • BL39 Brengt structuur in ideeën.
  • BL41 Bereidt taken systematisch voor.
  • BL42 Organiseert het werk in een efficiënte planning.
  • BL43 Vangt onverwachte wendingen op.
  • BL50 Mondeling: drukt zich vlot en verstaanbaar uit.
  • BL52 Maakt gebruik van ondersteunende audiovisuele middelen.
Beroepsspecifieke competenties
  • BL60 Heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis omvattende de verschillende aspecten van de biomedische wetenschappen.
  • BL65 Heeft inzicht in eenvoudige wetenschappelijke onderzoekstechnologieën.
  • BL66 Bezit operationele kennis van de voornaamste biochemische en celbiologische technologieën.

SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN

Project

1.       kent de principes van de methoden en technieken

2.      kan de eiwit- en nucleïnezuurdatabanken raadplegen en gebruiken.

3.      maakt een efficiënte planning en tijdsindeling voor de uit te voeren proeven.

4.      voert nauwkeurig klassieke analytische methoden en instrumentale analytische technieken uit 

5.      verwerkt de resultaten in een wetenschappelijk en taalkundig correct verslag en rapporteert hierover mondeling

6.      schrijft een praktijkjournaal volgens de voorschriften.

7.      volgt veiligheids- en afvalverwerkingsvoorschriften nauwgezet e

8.      bezit een ethisch onderbouwd verantwoordelijkheidsgevoel

9.      voert in groep een opdracht uit

 

POP

Het POP draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van het opleidingsdoel: reflecteren over het eigen handelen tegenover derden.

Dank zij het POP

  1. kan de student reflecteren over het eigen handelen
  2. en is er een basis gelegd voor reflecties in het latere werkveld (de stage)

VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
Om in te kunnen schrijven vr dit oo moet je geslaagd zijn vr modelpakket 2 FBT en moet je ook inschrijven vr Biochemische laboratoriumtechn., Gentechnologie, Farmaceutische wetensch.2, KZ & projectmanagement, Werkveloriëntatie 2FBT

Andere begincompetenties
Kennis aangeleerd tijdens de theorie en het practicum 'Biochemische Laboratoriumtechnieken'
LEERINHOUDEN

Project 5: Opzuivering van een eiwit dat recombinant werd aangemaakt in bacteriën.

Het POP is een persoonlijk dossier waarmee de student zijn studievoortgang aantoont. De student leert hiermee bovendien wat ‘zelfreflectie’ inhoudt en dit als voorbereiding op stage, eindwerk en latere werkveld.

 


STUDIEMATERIAAL

Project:

  • Cursus “Labcluster - Biochemische laboratoriumtechnieken” – auteur: Els Van Doorslaer/Anneleen Soetaert/Peter Partoens/Karen Pittois/Goele Caethoven/Suzanne Van den Akker
  • Cursusdeel “Biotechnologie “ – auteur: Els Van Doorslaer/Anneleen Soetaert/Peter Partoens 
  • Manuals van bedrijven
  • Boek "Experimentele vaardigheden 2. Biochemische vaardigheden." Dewilde Sylvia, Geuens Eva, Moens Luc, Van doorslaer Els, 2011. Academic Press, ISBN 9789038216478
  • Current Protocols: Essential Laboratory Techniques.  S . Gallagher, E . A. Wiley . 2012. Wiley-Blackwell . ISBN 978-0-470-94241-3

POP

  1. "Het algemene CGO-boek"
  2. map met invulbladen

WERKVORMEN
Soort werkvorm    
hoor- en werkcolleges:

 

%
practicum en oefeningen:

  75

%

vormen van groepsleren:

  

%
Verdere toelichting:

Project: (practicum + groepsleren): 75%

POP: 25%


EVALUATIE

Eerste examenperiode


Het project wordt in groep mondeling gepresenteerd en door de verantwoordelijke lectoren gekwoteerd.
Het POP wordt geëvalueerd door de POP coach 
Conform artikel 55 van het OER kan voor dit opleidingsonderdeel de beoordeling “Fail” (code “F”)  toegekend worden volgens onderstaande criteria:
·         afwezigheid
·         niet uitvoeren van de opgelegde taken
·         niet afgeven van de gevraagde opdrachten
·         niet verwerven van de vooropgestelde competenties
Bij gewettigde afwezigheid voor  een praktijksessie  haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt voor het inhalen zelf het initiatief.
Bij meerdere gewettigde afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator.

Voor de totaalscore op het opleidingsonderdeel wordt rekening gehouden met de score (punt op 20) voor het project 5 en een kwaliteitsbeoordeling van het Persoonlijk OntwikkelingsPlan (POP) door de POP-coach:    
 
De minimum-criteria voor het POP worden beschreven in de POP-instructies op e-campus. Minstens 20u aantoonbare werkveldervaring is daar een  deel uit.
 
 


tijd voor examinering
uren

0.5 

Tweede examenperiode

Voor dit opleidingsonderdeel is geen tweede zittijd mogelijk. De lectoren kunnen samen met de opleidingscoördinator besluiten tot een alternatieve opdracht. 

 
Uiterste datum teruggave leerkrediet bij uitschrijving: 12/10/2012
Voltijds modelpakket 3 - Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie - Stage en eindwerk FBT
  
O.O. heeft componenten:Neen
Afstudeerrichting//Leertraject:Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie
Code:4180100071
Academiejaar:2012-2013
Type:kernondersteunend,
Niveau:uitdiepend
Periode binnen het modeltraject:Modelpakket 3 - Semester 2
Contacturen:0
Aantal studiepunten:23
Totaal studietijd:598
Examencontract:niet mogelijk
Deliberatie:niet mogelijk
Vrijstelling:niet mogelijk
Onderwijstaal:
Lector(en)Peter Partoens

 

KORTE OMSCHRIJVING
De stageperiode is het sluitstuk van de opleiding; deze periode loopt over 14 werkweken in de 2° periode van het derde academiejaar. De stage verloopt in een bedrijf of instelling onder leiding van een deskundige van het bedrijf of instelling (stagementor). Dit kan zowel in het binnen- als buitenland.

COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
 Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

Algemene competenties

  • BL01 Zoekt opheldering door het stellen van vragen.
  • BL02 Toont zich leergierig en bereid tot leren.
  • BL03 Zoekt naar aanvullende en nieuwe informatie en ontwikkelingen.
  • BL04 Gaat constructief om met kritiek.
  • BL05 Leert uit zijn fouten.
  • BL06 Blijft onder druk zorgvuldig werken.
  • BL07 Blijft onder druk planmatig werken.
  • BL08 Speelt soepel in op een veranderde werksituatie.
  • BL09 Vindt een evenwicht tussen aandacht voor de wensen van anderen en vasthoudendheid aan eigen ideeën.
  • BL10 Staat open voor alternatieve methoden en werkwijzen.
  • BL11 Steekt spontaan "een tandje bij" bij verhoogde werkdruk.
  • BL12 Handelt volgens de geldende ethische normen.
  • BL13 Handelt volgens de geldende milieunormen.
  • BL14 Neemt verantwoordelijkheid op voor eigen handelen (meldt fouten en incidenten).
  • BL15 Verwittigt bij afwezigheden.
  • BL16 Respecteert deadlines/afspraken.
  • BL17 Toont respect voor materiaal en het gebruik ervan.
  • BL18 Deelt spontaan informatie/gegevens met anderen.
  • BL19 Sluit compromissen om gemeenschappelijke belangen te realiseren.
  • BL20 Houdt rekening met inbreng van collega's.
  • BL21 Neemt taken op zich die heel de groep tot nut zijn.
  • BL22 Communiceert respectvol met collega's/begeleiders/leidinggevenden.
  • BL23 Respecteert de eigenheid van anderen.
  • BL24 Zorgt voor een goede werksfeer.
  • BL25 Geeft een eigen mening zonder te kwetsen.
  • BL26 Neemt duidelijke standpunten in ook al worden ze niet gedeeld door de groep.
Algemene beroepsgerichte competenties
  • BL27 Benoemt de kern van het probleem.
  • BL28 Onderscheidt hoofd- en bijzaken.
  • BL29 Structureert informatie op een overzichtelijke manier.
  • BL30 Gaat stapsgewijs en systematisch te werk bij het analyseren van een probleem.
  • BL31 Schat de mogelijkheden en beperkingen van een werkmethode in.
  • BL32 Baseert zijn oordeel op de gegevens en feiten.
  • BL33 Gebruikt informatiebronnen kritisch.
  • BL34 Evalueert resultaten kritisch.
  • BL35 Verzamelt gegevens en/of meetresultaten in tabelvorm volgens de richtlijnen beschreven in "Noteren en verslaggeving".
  • BL36 Splitst een grotere opdracht zelfstandig in stapsgewijze deeltaken.
  • BL37 Werkt volgens voorgeschreven procedures/SOP's/werkinstructies.
  • BL38 Zorgt dat anderen gemakkelijk hun weg vinden op zijn werkomgeving en in zijn labjournaal.
  • BL39 Brengt structuur in ideeën.
  • BL40 Houdt rekening met afgesproken tijdslimieten.
  • BL41 Bereidt taken systematisch voor.
  • BL42 Organiseert het werk in een efficiënte planning.
  • BL43 Vangt onverwachte wendingen op.
  • BL44 Organiseert verschillende taken tegelijkertijd.
  • BL45 Levert werk af volgens de gevraagde kwaliteit.
  • BL46 Heeft aandacht voor orde en netheid.
  • BL47 Maakt een schriftelijk wetenschappelijk, kernachtig en juist verslag volgens de regels beschreven in "Noteren en verslaggeving".
  • BL48 Maakt gebruik van de juiste wetenschappelijke terminologie.
  • BL49 Schriftelijk: gebruikt korte zinnen en directe taal.
  • BL50 Mondeling: drukt zich vlot en verstaanbaar uit.
  • BL51 Mondeling: kan collega's correct en volledig op de hoogte brengen van de huidige stand van zaken.
  • BL52 Maakt gebruik van ondersteunende audiovisuele middelen.
  • BL53 Handelt spontaan volgens procedures beschreven in de ISO14001 werkinstructies
  • BL54 Schat veiligheidsrisico's correct in, zoekt de relevante info op en past deze zinvol toe.
  • BL55 Meldt spontaan mogelijke veiligheidsrisico's.
  • BL56 Reageert gepast in een risicosituatie.
  • BL57 Beschermt gevoelige informatie van de organisatie (school, bedrijf, lab) naar de buitenwereld.
  • BL58 Heeft oog voor kosten en financiële implicaties van zijn handelen.
  • BL68 Controleert eigen werk op fouten en correctheid/volledigheid.
Beroepsspecifieke competenties
  • BL59 Heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis van de basiswetenschappen.
  • BL60 Heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis omvattende de verschillende aspecten van de biomedische wetenschappen.
  • BL65 Heeft inzicht in eenvoudige wetenschappelijke onderzoekstechnologieën.
  • BL66 Bezit operationele kennis van de voornaamste biochemische en celbiologische technologieën.
  • BL67 Kan magistrale en officinale bereidingen uitvoeren en bijzondere geneesmiddelen bereiden volgens de protocollen.

SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
Tijdens de stage doet de student praktijkervaring op in een reële arbeidssituatie.

VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
Om in te kunnen schrijven vr dit oo moet je geslaagd zijn vr modelpakket 2 FBT en moet je ook inschrijven vr Biochemische laboratoriumtechn., Gentechnologie, Farmaceutische wetensch.2, KZ & projectmanagement, Labcluster 3FBT, Werkveldoriëntatie 3FBT

Andere begincompetenties
Om in te kunnen schrijven voor dit o.o. moet je geslaagd zijn voor het voltijds modelpakket 2 FBT en moet je je ook inschrijven voor: KZ en projectmanagement; Labcluster 3FBT; Farmaceutische wetenschappen 2; Biochemische laboratoriumtechnieken en Gentechnologie

LEERINHOUDEN
 
  • De stageperiode is het sluitstuk van de opleiding; deze periode loopt over  14 werkweken in de 2° periode van het derde acedemiejaar. De stage verloopt in een bedrijf of instelling onder leiding van een deskundige van het bedrijf (stagementor). Dit kan zowel in het binnen- als buitenland.
  • Studenten uit de afstudeerrichting Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie komen meestal terecht in een biochemisch/biotechnologisch of microbiologisch onderzoekslaboratorium.
  • Zij kunnen o.a. de volgende opdrachten krijgen: het tot expressie brengen en opzuiveren van een recombinant eiwit, het onderzoeken en optimaliseren van meetvoorwaarden bij de studie van receptoreiwitten of bij het op punt stellen van ELISA-technieken, het onderzoeken en opsporen van mutaties binnen een bepaalde familie enz...
  • Tijdens de stage-werkzaamheden wordt ruimte voorzien voor het schrijven van een eindwerk, d.i. een uitgebreid verslag over het onderwerp dat nader werd onderzocht.


STUDIEMATERIAAL
De stagebrochure en de syllabus "Rapportering eindwerk"       

Indien verder nodig, voorzien door de stagementor.



WERKVORMEN
Soort werkvorm    
hoor- en werkcolleges:

 

%
practicum en oefeningen:

  85

%

vormen van groepsleren:

  

%
Verdere toelichting:

EVALUATIE

Eerste examenperiode
CategorieWeging van categorieën
Integratief examen100%

De stagementor beoordeelt het stageverloop a.h.v. een stagebeoordelingsformulier. Na de stage dient het eindwerk te worden verdedigd voor een jury.
Het totaalcijfer voor de stage staat voor circa 40% van de totale jaarpunten en is samengesteld uit de volgende deelevaluaties:
      de activiteiten gedurende de stageperiode: 60% (stagementor)
      het eindwerk: 24% (stagementor + lezers)
      de mondelinge presentatie en verdediging: 16% (jury)

tijd voor examinering
uren

0.5 

Tweede examenperiode
CategorieWeging van categorieën
Integratief examen100%

Het eindwerk kan ingediend worden tegen de tweede examenperiode. De eindwerkverdediging gebeurt dan in de tweede zittijd. Het eindwerk kan herschreven en opnieuw verdedigd worden indien dit de oorzaak is van niet slagen voor de totale stage.       

Het praktische werk kan niet herdaan worden tijdens de maanden juli en augustus.

 
Uiterste datum teruggave leerkrediet bij uitschrijving: 12/10/2012
Voltijds modelpakket 3 - Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie - Biochemische laboratoriumtechnieken
  
O.O. heeft componenten:Neen
Afstudeerrichting//Leertraject:Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie
Code:4180100075
Academiejaar:2012-2013
Type:kern,
Niveau:uitdiepend
Periode binnen het modeltraject:Modelpakket 3 - Semester 1
Contacturen:44
Aantal studiepunten:6
Totaal studietijd:156
Examencontract:mogelijk
Deliberatie:mogelijk
Vrijstelling:mogelijk
Onderwijstaal:
Lector(en)Anneleen Soetaert
Lesley Tilleman

 

KORTE OMSCHRIJVING
De rode draad doorheen het opleidingsonderdeel "Biochemische laboratoriumtechnieken" is "de weg van gen tot eiwit" en sluit hierdoor zeer nauw aan bij het opleidingsonderdeel "Gentechnologie". In het opleidingsonderdeel "Biochemische laboratoriumtechnieken" worden de methoden besproken om cellen en weefsels te homogeniseren. De werking van verschillende detergenten en de mogelijke strategie voor nucleïnezuur- en eiwitzuivering worden behandeld. Alle technieken die hierbij aan bod komen (fractionatie, concentratiebepaling, bufferwissel, concentrering,enz…) worden in theorie gezien en in het opleidingsonderdeel "Labcluster" toegepast. Nadruk wordt hierbij gelegd op de voorzorgen die nodig zijn om bv. denaturatie te voorkomen. Verder komen de diverse chromatografische en elektroforetische scheidingstechnieken aan bod en de toepassingen die ze in praktijk hebben.

COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
 Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

Algemene competenties

    Algemene beroepsgerichte competenties
    • BL39 Brengt structuur in ideeën.
    Beroepsspecifieke competenties
    • BL60 Heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis omvattende de verschillende aspecten van de biomedische wetenschappen.
    • BL66 Bezit operationele kennis van de voornaamste biochemische en celbiologische technologieën.

    SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
    • Beschrijft de algemeen gebruikte scheidingstechnieken voor nucleïnezuren en eiwitten.
    • Weet de belangrijkste chromatografische en elektroforetische technieken, de apparatuur die daarbij gebruikt wordt en de belangrijkste toepassingen.
    • Begrijpt de typische biochemische werkwijzen als homogenisatie, fractionering, dialyse, membraanfiltratie, blotten en centrifugatie en de apparatuur die hierbij gebruikt wordt.
    • Schetst de algemeen gebruikte identificatietechnieken voor eiwitten en nucleïnezuren als o.m. de verschillende kleurreacties, autoradiografie en immunochemische detectie.
    • Gebruikt onder begeleiding, een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis en deskundigheid in gentechnologie, biochemie, enzymologie, immunologie, microbiologie, bioinformatica en analysetechnieken, om een eiwit via recombinant DNA-technologie aan te maken. 
    • Ontwikkelt onder begeleiding, nieuwe procedures om eiwitten en nucleïnezuren te zuiveren en te karakteriseren en hierbij de juiste technieken en apparatuur gebruiken.
    • Is in staat deze technieken in diverse sectoren (biomedische sector, landbouw, voeding, milieu …) toe te passen.

    VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
    Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
    Om in te kunnen schrijven vr dit oo moet je geslaagd zijn vr modelpakket 1 en vr Biochemie 2, Moleculaire genetica, Immunologie

    Andere begincompetenties


    LEERINHOUDEN

    Biochemische werkwijzen

    Water, diverse stoffen en buffers

    Eigenschappen van water

    Invloed van diverse stoffen

    Homogenisatie van cellen en weefsels

    Uitgangsmateriaal

    Activiteit van hydrolytische enzymen

    Homogenisatiemethoden

    Zuivering van en werken met nucleïnezuren

    Algemene strategie bij zuivering nucleïnezuren

    Beschadiging van nucleïnezuren

    Concentratiebepaling

    Denaturatie en renaturatie

    Isolatie en zuivering

    Zuiverheid Identificatie

    Zuivering van en werken met eiwitten

    Algemene strategie bij zuivering eiwitten

    Efficiëntie van de zuiveringsstap

    Fractionering

    Verwijdering van zouten

    Bewaring

    Maken van een eiwitoplossing

    Detectie van denaturatie

    Eiwit-ligand interacties

    Elektroforese

    Basisprincipes elektroforese

    Inleiding

    Experimentele aspecten

    Elektroforese van eiwitten

    Inleiding

    Polyacrylamidegel elektroforese

    Iso-elektrofocussing

    2D-elektroforese

    Toepassing Proteomics/Microarray

    Elektroforese van nucleïnezuren

    Inleiding

    Gelkeuze

    Detectie

    Submarine elektroforese

    Sequentie- en genoomanalyse

    RNA-elektroforese

    Pulsed field elektroforese

    Adsorptie aan membranen - blotten

    Voordelen van blotten

    Technieken

    Membraantypen

    Chromatografie

    Chromatografie

    Inleiding

    Begrippen en formules

    Oplossend vermogen van een kolom

    Indeling

    Apparatuur

    Oefeningen

    Gelfiltratiechromatografie

    Principe

    Samenstelling van de gelkorrels

    Zwellen van gelkorrels

    Verwijderen van lucht

    Kwantitatieve benadering

    Fractioneringsbereik

    Oplossend vermogen

    Toepassingen

    Praktische uitvoering

    Oefeningen

    Ionenchromatografie

    Inleiding

    Elektrostatische aantrekking

    Ionenuitwisseling

    Selectiviteitsconstante

    Ionenuitwisselaars

    Ionenchromatografie

    Oefeningen

    Affiniteitschromatografie

    Principe

    Matrix

    Ligand

    Spacerarm

    Elutie

    Kolomkeuze en stockeren van het gel

    Oefeningen

    Hydrofobe interactiechromatografie

    Principe

    Uitvoering

    Toepassingen


    STUDIEMATERIAAL
    1. cursus "Biochemische technieken" delen biochemische werkwijzen, elektroforese en chromatografie" – auteur: Peter Partoens, Anneleen Soetaert– Plantijn Hogeschool.
    2. powerpoint presentaties van alle lessen zijn beschikbaar op e-campus.
    3. manualen en catalogen van verschillende firma’s.
    4. aanbevolen websites staan bij de verschillende hoofdstukken van de cursus vermeld.

    WERKVORMEN
    Soort werkvorm    
    hoor- en werkcolleges:

     100

    %
    practicum en oefeningen:

      0

    %

    vormen van groepsleren:

      0

    %
    Verdere toelichting:

    EVALUATIE

    Eerste examenperiode
    CategorieWeging van categorieën
    Integratief examen100%

    Op het schriftelijk examen worden kennis-, inzichts- als toepassingsvragen gesteld.

    tijd voor examinering
    uren

    4 

    Tweede examenperiode
    CategorieWeging van categorieën
    Integratief examen100%

    2de zittijd: analoog examen als in 1ste zittijd
     
    Uiterste datum teruggave leerkrediet bij uitschrijving: 12/10/2012
    Voltijds modelpakket 3 - Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie - Farmaceutische wetenschappen 2
      
    O.O. heeft componenten:Neen
    Afstudeerrichting//Leertraject:Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie
    Code:4180100081
    Academiejaar:2012-2013
    Type:kern,
    Niveau:uitdiepend
    Periode binnen het modeltraject:Modelpakket 3 - Semester 1
    Contacturen:40
    Aantal studiepunten:6
    Totaal studietijd:156
    Examencontract:mogelijk
    Deliberatie:mogelijk
    Vrijstelling:mogelijk
    Onderwijstaal:
    Lector(en)Marjorie Theunen

     

    KORTE OMSCHRIJVING

    De farmaceutische technologie of 'de galenica' (ook artsenijbereidkunde genoemd) is dat deel van de farmaceutische wetenschappen dat zich bezighoudt met de formulering, de bereiding en de controle van geneesmiddelen, uitgaande van chemische en plantaardige stoffen. Zowel in de farmaceutische industrie als in de officina-apotheek nemen de galenica en de farmaceutische technologie een belangrijke plaats in.  Het verwerken van een geneesmiddel in een voor de patiënt geschikte vorm vraagt een uitgebreide theoretische achtergrond. De toedieningsvorm kan variëren van eenvoudige oplossing tot een zeer complex systeem waarbij een bepaald vrijzettingprofiel beoogd wordt. Talrijke hulpstoffen kunnen gebruikt worden voor het bekomen van dit specifieke vrijzettingsprofiel, alsook voor het garanderen van de stabiliteit, verhogen van aanvaardbaarheid door de patiënt,...

    De kwaliteit van de farmaceutische bereidingen worden steeds grondig gecontrolleerd. De bereidingen moeten voldoen aan de normen van de Europese Pharmacopee betreffende de uniformitiet van dosis , de reproduceerbare farmaceutische beschikbaarheid, fysische en chemische stabiliteit en aanvaardbare microbiologische kwaliteit.


    COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
     Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

    Algemene competenties

    • BL02 Toont zich leergierig en bereid tot leren.
    • BL03 Zoekt naar aanvullende en nieuwe informatie en ontwikkelingen.
    Algemene beroepsgerichte competenties
    • BL28 Onderscheidt hoofd- en bijzaken.
    • BL29 Structureert informatie op een overzichtelijke manier.
    • BL30 Gaat stapsgewijs en systematisch te werk bij het analyseren van een probleem.
    • BL34 Evalueert resultaten kritisch.
    • BL48 Maakt gebruik van de juiste wetenschappelijke terminologie.
    Beroepsspecifieke competenties
    • BL59 Heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis van de basiswetenschappen.

    SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN

    Dit opleidingsonderdeel heeft tot doel de student de basiskennis over de farmaceutische toedieningsvormen bij te brengen. De student heeft kennis van de manier waarop een geneesmiddel op verantwoorde wijze kan bereid, geëvalueerd en afgeleverd worden.

    De student:
    • kent de voornaamste biofarmaceutische en technologische aspecten bij het ontwikkelen, bereiden en controleren van de verschillen farmaceutische vormen die in de cursus aan bod komen
    • begrijpt de formulering van magistrale, officinale en eenvoudige industriële toedieningsvormen van geneesmiddelen (m.i.v. de bereiding van steriele geneesmiddelen)
    • kan een protocol opstellen voor de bereiding van eenvoudige geneesmiddelen
    • analyseert een recept of formule voor een farmaceutische bereiding op een kritische manier
    • weet hoe de kwaliteit van geneesmiddelenvormen te controleren

    VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
    Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
    Om in te kunnen schrijven vr dit oo moet je geslaagd zijn vr modelpakket 1 en vr Farmaceutische wetenschappen 1

    Andere begincompetenties


    LEERINHOUDEN

     In dit facet zullen de verschillende toedieningsvormen die voor geneesmiddelen bestaan, besproken worden. Deze variëren van de klassieke vormen zoals oplossingen en capsules tot de nieuwe technologische ontwikkelingen zoals drug targeting en gereguleerde afgifte. Ook de kwaliteitscontrole van de grondstoffen en bereidingen volgens de eisen van de Europese Farmacopee zal hierbij aan bod komen.      

    Leerinhoud Galenica

    • Inleidende begrippen
    • Vaste bereidingen : tabletten, capsules, Suppositoria, poeders
    • Halfvaste bereidingen : zalven, crèmes, gelen, pasta’s
    • Vloeibare bereidingen: suspensies, emulsies, oplossingen, siropen
    • Andere: steriele vormen, isotone oplossingen,  tabletten met gereguleerde afgifte, transdermale toepassingen, nanotechnologie, aerosolen
    • controles op de afgewerkte bereidingen
    • tabletten met gereguleerde afgifte
    • berekeningen betreffende de farmaceutische bereidingen

    STUDIEMATERIAAL

    power-point presentaties (cursus)

    aanvullende power-point presentaties (e-campus) 
     
    schriftelijke cursus (e-campus)

    Europese Farmacopee (on-line op e-campus)



    WERKVORMEN
    Soort werkvorm    
    hoor- en werkcolleges:

     100

    %
    practicum en oefeningen:

      

    %

    vormen van groepsleren:

      

    %
    Verdere toelichting:

    EVALUATIE

    Eerste examenperiode
    CategorieWeging van categorieën
    Integratief examen100%

    Schriftelijk examen

    tijd voor examinering
    uren

    2 

    Tweede examenperiode
    CategorieWeging van categorieën
    Integratief examen100%

    Schriftelijk examen
     
    Uiterste datum teruggave leerkrediet bij uitschrijving: 12/10/2012
    Voltijds modelpakket 3 - Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie - Gentechnologie
      
    O.O. heeft componenten:Neen
    Afstudeerrichting//Leertraject:Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie
    Code:4180100082
    Academiejaar:2012-2013
    Type:kern,
    Niveau:uitdiepend
    Periode binnen het modeltraject:Modelpakket 3 - Semester 1
    Contacturen:20
    Aantal studiepunten:3
    Totaal studietijd:78
    Examencontract:mogelijk
    Deliberatie:mogelijk
    Vrijstelling:mogelijk
    Onderwijstaal:
    Lector(en)Karen Pittois

     

    KORTE OMSCHRIJVING

    Er wordt kennis gemaakt met de technieken en enzymen uit de recombinant DNA technologie. Aanmaak van recombinant DNA wordt besproken, de productie van cDNA bibliotheken en het gebruik van universele kloneringstechnieken. Verder wordt er een introductie gegeven tot de recombinante expressie in prokaryoten en eurkaryoten. Er worden technieken bestudeerd om de expressie van genen uit te schakelen op drie  niveaus (gen-, RNA- en eiwitniveau).


    COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
     Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

    Algemene competenties

    • BL01 Zoekt opheldering door het stellen van vragen.
    • BL02 Toont zich leergierig en bereid tot leren.
    Algemene beroepsgerichte competenties
    • BL28 Onderscheidt hoofd- en bijzaken.
    • BL29 Structureert informatie op een overzichtelijke manier.
    Beroepsspecifieke competenties

      SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN

      Kiest het juiste enzym voor een gentechnologische toepassing
      Benoemt en bespreekt de verschillende stappen in het hybridisatieproces

      Benoemt en beschrijft de verschillende hybridisatiemethoden: hybridisatie in oplossing, filterhybridisatie, …

      Beschrijft een voorbeeld van een toepassing van het hybridisatieproces

      Benoemt de verschillende enzymen die gebruikt worden in de gentechnologie en hun toepassingen en beschrijft hun werking

      Kiest het juiste enzym voor een gentechnologische toepassing

      Geeft de verschillende stappen voor de aanmaak van een recombinant plasmide

      Duidt de juiste vector aan voor een moleculaire klonering

      Geeft de verschillende stappen in de aanmaak van een cDNA –bibliotheek

      Bespreekt de opbouw en het gebruik van een DNA-chip

      Geeft de overeenkomsten en verschillen tussen een klassieke cDNA-bibliotheek en een DNA-chip

      Beschrijft de werking van de toegelichte commerciële kloneringssystemen adhv een schema

      Somt de verschillende stappen op voor de aanmaak van eiwitten in een prokaryoot expressiesysteem

      Tekent een prokaryote expressievector en benoemt de verschillende noodzakelijke en optionele onderdelen

      Legt uit hoe induceerbare prokaryote en eukaryote expressiesystemen werken en waarom ze gebruikt worden

      Geeft toelichting bij de verschillende eukaryote expressiesystemen adhv een schema

      Benoemt en beschrijft de technieken waarmee men genactiviteit kan stilleggen voor elke niveau waarop dit mogelijk is (DNA-RNA-eiwit)

      Tekent schema’s van ALLE verschillende besproken technieken

       


      VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
      Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
      Om in te kunnen schrijven vr dit oo moet je geslaagd zijn vr modelpakket 1 en vr Biochemie 2, Moleculaire genetica, Immunologie

      Andere begincompetenties

      LEERINHOUDEN

      Technieken uit de gentechnologie: nucleïnezuur-isolatie en -electroforese, blotting en hybridisaties.

      Enzymen gebruikt in de gentechnologie en hun toepassingen

      Verschillende vectoren en hun gebruik

      Aanmaak van recombinant DNA (moleculaire klonering) en transformatie

      Blauw-wit screening

      Aanmaak van cDNA bibliotheken

      Screening van DNA bibliotheken

      Universele kloneringstechnieken

      Recombinante expressie in prokaryoten: klonering, transformatie en zuivering

      Expressie in eukaryote systemen:

      Expressie in gist

      Expressie in dierlijke cellen

      Celvrije systemen

      Induceerbare expressiesystemen

      Gene silencing op 3 niveaus:

      Geninactivatie

      Post-transcriptionele inactivatie: inactivatie van RNA

      Eiwit-inactivatie


      STUDIEMATERIAAL
      • Bundeling powerpoint slides met  notities (Auteur: Karen Pittois)
      • Oefeningen per hoofdstuk beschikbaar op de P-schijf

      Niet verplichte literatuur, aanwezig in de bib:

      • From Genes to Genomes. JW Dale, M van Schantz. 2003. ISBN 978-0-4714-9782-0
      • Essential Medical Genetics. E. S. Tobias , M. Connor , M. Ferguson Smith . 2011. Wiley-Blackwell. ISBN 978-1-4443-9481-8
      • Principles of Gene Manipulation. RW Old, SB Primrose. 7de ed. 2007. ISBN 1405135441. (6de editie beschikbaar in PDF)
      • Medical Genetics at a Glance. 2nd ed. D.J. Pritchard, B.R. Korf. Blackwell Publishing. ISBN 978 1 4051 4846 7

      WERKVORMEN
      Soort werkvorm    
      hoor- en werkcolleges:

       100

      %
      practicum en oefeningen:

        

      %

      vormen van groepsleren:

        

      %
      Verdere toelichting:

      Oefeningen: zelfstandig werk


      EVALUATIE

      Eerste examenperiode
      CategorieWeging van categorieën
      Integratief examen100%

      Schriftelijk examen


      tijd voor examinering
      uren

      4 

      Tweede examenperiode
      CategorieWeging van categorieën
      Integratief examen100%

      Schriftelijk examen
       
      Uiterste datum teruggave leerkrediet bij uitschrijving: 12/10/2012
      Voltijds modelpakket 3 - Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie - KZ en projectmanagement
        
      O.O. heeft componenten:Neen
      Afstudeerrichting//Leertraject:Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie
      Code:4180100091
      Academiejaar:2012-2013
      Type:kernondersteunend,
      Niveau:uitdiepend
      Periode binnen het modeltraject:Modelpakket 3 - Semester 1
      Contacturen:12
      Aantal studiepunten:4
      Totaal studietijd:104
      Examencontract:niet mogelijk
      Deliberatie:mogelijk
      Vrijstelling:mogelijk
      Onderwijstaal:
      Lector(en)Veerle Van Vlaslaer

       

      KORTE OMSCHRIJVING



      Kwaliteitszorg (KZ) is niet meer weg te denken uit het lab. We bekijken de basisprincipes van KZ. De statistiek uit de vorige cursussen wordt toegepast bij validatie van methoden en toestellen en vormt de basis voor de interne (controlekaarten, 6 sigma, invloed van biologische variatie op de analyseresultaten) en de externe (interlabstudies) controlemetingen.

      Verbeterprojecten maken een belangrijk onderdeel uit van kwaliteitszorg. Projecten kunnen definiëren, plannen, begroten, organiseren, opvolgen en evalueren behoort steeds meer tot de kerntaken van procestechnici. Om projecten meer slaagkans te geven en efficiënt te laten verlopen worden systemen en technieken gehanteerd en hoort de projectleider zijn team daarin te coachen. Met een of meerdere praktische situatie(s) als uitgangspunt maken we kennis met projectmanagementsystemen (zoals PMBOK, Prince 2, PDCA en APACA) en –technieken (Quality tools). Door ‘hands on ‘ te werken komen ook coaching vaardigheden aan bod.


      COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
       Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

      Algemene competenties

      • BL02 Toont zich leergierig en bereid tot leren.
      • BL03 Zoekt naar aanvullende en nieuwe informatie en ontwikkelingen.
      • BL06 Blijft onder druk zorgvuldig werken.
      • BL07 Blijft onder druk planmatig werken.
      Algemene beroepsgerichte competenties
      • BL28 Onderscheidt hoofd- en bijzaken.
      • BL30 Gaat stapsgewijs en systematisch te werk bij het analyseren van een probleem.
      • BL31 Schat de mogelijkheden en beperkingen van een werkmethode in.
      • BL32 Baseert zijn oordeel op de gegevens en feiten.
      • BL33 Gebruikt informatiebronnen kritisch.
      • BL34 Evalueert resultaten kritisch.
      • BL35 Verzamelt gegevens en/of meetresultaten in tabelvorm volgens de richtlijnen beschreven in "Noteren en verslaggeving".
      • BL36 Splitst een grotere opdracht zelfstandig in stapsgewijze deeltaken.
      • BL37 Werkt volgens voorgeschreven procedures/SOP's/werkinstructies.
      • BL45 Levert werk af volgens de gevraagde kwaliteit.
      • BL48 Maakt gebruik van de juiste wetenschappelijke terminologie.
      • BL68 Controleert eigen werk op fouten en correctheid/volledigheid.
      Beroepsspecifieke competenties

        SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN

        Facet projectmanagement

        •  handelt in overeenkomst met geplogenheden in projectmanagement
        •  past Quality Tools toe waar nuttig

        Facet toegepaste statistiek

        • kiest voor een probleem de meest geschikte statistische techniek en voert deze techniek concreet uit: stelt een proefopzet op, voert de nodige  experimenten uit, verwerkt de meetresultaten en interpreteert het resultaat. 
        •  voert een methodevalidatie uit: stelt een proefschema op in functie van de validatieparameters, voert de nodige experimenten uit, voert de statistische bewijsvoering uit en interpreteert van het resultaat. 
        •  kent de invloed van biologische variatie op de kwaliteitszorg in een biomedisch lab: referentiewaarden, ROC-curve, RCV 
        •  begrijpt de principes achter een probit-analyse
        • zet controlekaarten op en leest deze ( leesregels) 
        •  kent de basisprincipes van kwaliteitszorg 
        •  berekent en interpreteert capabiliteitsindexen (six sigma) 
        •  kent de statistische principes achter externe kwaliteitscontrole: leest en interpreteert de rapportering. 

        VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
        Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
        Om in te kunnen schrijven vr dit oo moet je geslaagd zijn vr modelpakket 1 en vr Statistiek

        Andere begincompetenties

        LEERINHOUDEN

        Leerinhoud

        Facet toegepaste statistiek

        1. Interne QC

        a. methodevalidatie (juistheid – bepalingsgrenzen – precisie  – lineariteit – robuustheid)

        b. inleiding kwaliteitszorg, Six Sigma

        c. controlekaarten (met leesregels)

        2. Interne QC in een biomedische lab

        a. invloed biologische variatie op de totale meetfout

        b. referentiewaarden en ROC-curve

        d. stabiliteit

        e. probit-analyse

        3. Externe QC (interlab)

        a. Youdenplot

        b. zaagtandplot

        c. PomPlot

        4. Projectmanagement

        5. Systemen voor projectmanagement

        6. Quality Tools


        STUDIEMATERIAAL

        •         Syllabus Quality Tools – auteur: G. Bruggeman
        •         Theoriebundel “Kwaliteit en procesmanagement” – auteur: G. Bruggeman
        •          Casus(en)
        •          hoofdstukken 16 tem 19 uit de cursus “toegepaste statistiek” – auteur: Veerle Van Vlaslaer  – Plantijn Hogeschool
        •          “formuleboekje statistiek” (delen 1ste, 2de & 3de jaar) – auteur: Veerle Van Vlaslaer – Plantijn Hogeschool
        •          wetenschappelijke artikels (thematische EDU-map ‘statistiek’)
        •          rekenmachine 
        •          www.westgard.com  

        aanvullend in de bib: 

        •  ‘Statistics and chemometrics’ Miller&Miller (ISBN 013028885) - 2000 

        •     ‘Statistiek, validatie en meetonzekerheid voor het laboratorium’ Klaessens (ISBN 9789077423622)


        WERKVORMEN
        Soort werkvorm    
        hoor- en werkcolleges:

         70

        %
        practicum en oefeningen:

          

        %

        vormen van groepsleren:

          30

        %
        Verdere toelichting:

        Facet projectmanagment: 2 trainingsdagen met verplichte aanwezigheid.

        Facet toegepaste statistiek: hoorcolleges: hierin worden de statistische technieken uitgelegd aan de hand van toepassingen en oefeningen uit het werkveld

        zelfstandig werk: oplossen van de oefeningenreeksen uit de cursus (met Excel).

        feedback van de lector tijdens de colleges of via mail.


        EVALUATIE

        Eerste examenperiode
        CategorieWeging van categorieën
        Integratief examen100%

        Facet projectmanagement

        Conform artikel 55 van het OER kan voor dit opleidingsonderdeel de beoordeling “Fail” (code “F”)  toegekend worden volgens onderstaande criteria:

        • afwezigheid
        • niet uitvoeren van de opgelegde taken
        • niet afgeven van de gevraagde opdrachten

        Bij gewettigde afwezigheid voor  een praktijksessie  haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt voor het inhalen zelf het initiatief.
        Bij meerdere gewettigde afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator.

        Facet toegepaste statistiek

        • integratieve toets (2 uur examentijd)
        • open-boek’ toetsing: het boek is het formuleboekje statistiek (delen 1BL, 2BL en 3BL) en bevat geen opgeloste oefeningen
        •  gebruik van een rekenmachine is toegelaten
        • samenstelling van de vragen

        - hoogstens 50% van de vragen zijn louter kennisvragen (correct toepassen van de statistische technieken, correct uitvoeren van berekeningen, reproduceren van begrippen en definities)

        - minstens 50% van de vragen zijn interpretatievragen (correct kiezen voor een bepaalde techniek, interpretatie van de resultaten, interpretatie van de onderzoeksresultaten van derden)


        tijd voor examinering
        uren

        2 

        Tweede examenperiode
        CategorieWeging van categorieën
        Integratief examen100%

        De punten projectmanagement worden overgedragen. Bij een tekort krijgt de student een individuele opdracht.

        Integratieve toets toegepaste statistiek: idem als eerste examenperiode.

         
        Uiterste datum teruggave leerkrediet bij uitschrijving: 12/10/2012
        Voltijds modelpakket 3 - Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie - Labcluster 3FBT
          
        O.O. heeft componenten:Neen
        Afstudeerrichting//Leertraject:Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie
        Code:4180100049
        Academiejaar:2012-2013
        Type:kern,
        Niveau:uitdiepend
        Periode binnen het modeltraject:Modelpakket 3 - Semester 1
        Contacturen:144
        Aantal studiepunten:14
        Totaal studietijd:364
        Examencontract:niet mogelijk
        Deliberatie:mogelijk
        Vrijstelling:mogelijk
        Onderwijstaal:
        Lector(en)Goele Caethoven
        Karen Pittois

         

        KORTE OMSCHRIJVING


        Facet Biochemische Laboratoriumtechnieken
         
        In het geïntegreerd lab komen verschillende aspecten uit de biochemie, biotechnologie en celbiologie aan bod. Kennis en vaardigheden verworven gedurende de drie jaren worden hierbij toegepast en ingeoefend. Groepswerk en enkele Engelstalige labopdrachten bereiden de student voor om te werken in een multiculturele en internationale omgeving. 
         
        Seminaries: 
           Bio-informatica 
           Theoretische achtergrond celkweek 
           Celcultuur laboefening 
           Demo Äkta zuiveringsysteem 
           Next Generation Sequencing    
         
        Facet Galenica

        Zowel in de farmaceutische industrie als in de officina-apotheek nemen de galenica en de farmaceutische technologie een belangrijke plaats in. Het verwerken van een actief bestanddeel in een voor de patiënt geschikte vorm (geneesmiddel) vraagt een uitgebreide theoretische achtergrond.
        In dit praktisch facet leert de student een aantal specifieke vaardigheden in verband met de bereiding en controle van geneesmiddelen. De student verkrijgt, door het uitvoeren van eenvoudige bereidingen en de bijhorende controletesten, inzicht in de principes die in de hoorcolleges besproken worden.  


        COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
         Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

        Algemene competenties

        • BL01 Zoekt opheldering door het stellen van vragen.
        • BL02 Toont zich leergierig en bereid tot leren.
        • BL06 Blijft onder druk zorgvuldig werken.
        • BL07 Blijft onder druk planmatig werken.
        • BL11 Steekt spontaan "een tandje bij" bij verhoogde werkdruk.
        • BL14 Neemt verantwoordelijkheid op voor eigen handelen (meldt fouten en incidenten).
        • BL16 Respecteert deadlines/afspraken.
        Algemene beroepsgerichte competenties
        • BL29 Structureert informatie op een overzichtelijke manier.
        • BL35 Verzamelt gegevens en/of meetresultaten in tabelvorm volgens de richtlijnen beschreven in "Noteren en verslaggeving".
        • BL37 Werkt volgens voorgeschreven procedures/SOP's/werkinstructies.
        • BL45 Levert werk af volgens de gevraagde kwaliteit.
        • BL48 Maakt gebruik van de juiste wetenschappelijke terminologie.
        Beroepsspecifieke competenties

          SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN

          Facet Biochemische Laboratoriumtechnieken
          1. heeft goede algemene laboratorium- en technologische vaardigheden inzake wetenschappelijke onderzoeksmethoden, manipulatie van levende cellen (eukaryoten en prokaryoten) op micro- en macroniveau, moleculair biologische technieken, celbiologische technieken, eiwit- en nucleïnezuurzuivering en karakterisatiemethoden
          2. kent de principes van de methoden en technieken
          3. heeft voldoende informaticavaardigheden
          4. heeft een ethisch onderbouwd verantwoordelijkheidsgevoel
          5. kan de eiwit- en nucleïnezuurdatabanken raadplegen en gebruiken.
          6. maakt een efficiënte planning en tijdsindeling voor de uit te voeren proeven.
          7. voert nauwkeurig klassieke analytische methoden en instrumentale analytische technieken uit 
          8. zet de meetwaarden om naar de gevraagde concentraties in het monster
          9. verwerkt de resultaten statistisch
          10. verwerkt de resultaten in een wetenschappelijk en taalkundig correct verslag en rapporteert hierover mondeling
          11. schrijft een praktijkjournaal volgens de voorschriften.
          12. volgt veiligheids- en afvalverwerkingsvoorschriften nauwgezet en bezit een ethisch onderbouwd verantwoordelijkheidsgevoel

          Facet Biochemische Laboratoriumtechnieken
          1. rapporteert ordelijk en duidelijk over zijn/haar werk, schrijft en spreekt vlot en in een taal aangepast aan de doelgroep.
          2. beschikt over goede laboratorium- en technologische vaardigheden, past deze toe in concrete praktijksituaties en gebruikt daarbij de moderne informatica-hulpmiddelen
          3. streeft naar een correcte voorbereiding en uitvoering en is zich daarbij bewust is van de veiligheidsaspecten (o.a. het besmettingsgevaar) en de kwaliteitseisen.
          4. informeert de klant/patiënt over het gebruik, de werking en bewaarcondities van het geneesmiddel/farmaceutisch product
          5. voert magistrale en officinale bereidingen uit en bereidt bijzondere geneesmiddelen volgens de protocollen
          6. kent de voornaamste biofarmaceutische en technologische aspecten bij het ontwikkelen, bereiden en controleren van de verschillen farmaceutische vormen die in de cursus aan bod komen
          7. analyseert een recept of formule voor een farmaceutische bereiding op een kritische manier.
          8. voert een recept voor elk van de vormen die in het practicum aan bod komen uit (verpakken en controleren inbegrepen)

          VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
          Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
          Om in te kunnen schrijven vr dit oo moet je geslaagd zijn vr modelpakket 2 FBT en moet je ook inschrijven vr Biochemische laboratoriumtechn., Gentechnologie, Farmaceutische wetensch.1, KZ en projectmanagement

          Andere begincompetenties

          LEERINHOUDEN


          Facet Biochemische Laboratoriumtechnieken

          Isolatie nucleïnezuren (plasmiden uit bacteriën, chromosomaal DNA uit bloed)
          (q)PCR-reacties
          Digesties met restrictie-enzymen
          Uitwerken opdracht rond transformatie
          Eiwit- en nucleïnezuurchromatografie en elektroforese
          Blotten
          Toepassen centrifugatie, concentreringstechnieken, kleurreacties, karakterisatiemethoden,…
          Gebruik databanken
          Uitwerken individuele onderzoeksopdracht i.v.m. stage
          Leerinhoud celkweek
          Aanleren van celmanipulatietechnieken (aseptisch werken, cellen uitplaten, cellen tellen)
          Cytotoxiciteitstest

          Facet Galenica

          Leerinhoud
          ·        Voorbereiding: Vertrekkende van een voorgeschreven recept, zoekt de student zelf de functie en eigenschappen van de grondstoffen op, bepaalt een geschikte bereidingswijze.
          ·        Uitvoeren van opdracht:
          ·        uitvoeren van in-process controles en eindcontroles op de bekomen bereiding: de student controleert of de kwaliteit van zijn bereiding voldoet aan de eisen  van de Europese Farmacopee
          ·        rapporteren volgens standaard protocolblad
           
          Galenische vormen die bereid en gecontroleerd worden:
          Capsules , Suppositoria, zalven en crèmes, pasta’s en gelen, emulsies, suspensies, oogdruppels, siropen, …

           


          STUDIEMATERIAAL

          Facet Biochemische Laboratoriumtechnieken
          • Cursus “Labcluster - Biochemische laboratoriumtechnieken” – auteur: Els Van Doorslaer/Anneleen Soetaert/Peter Partoens/Karen Pittois/Goele Caethoven/Suzanne Van den Akker
          • Cursusdeel “Biotechnologie “ – auteur: Els Van Doorslaer/Anneleen Soetaert/Peter Partoens 
          • Cursusdeel “Bioinformatica” – Peter Partoens
          • Manuals van bedrijven
          • Cursus: “Toegepaste statistiek” – auteur: Veerle Van Vlaslaer 
          • Boek "Experimentele vaardigheden 2. Biochemische vaardigheden." Dewilde Sylvia, Geuens Eva, Moens Luc, Van doorslaer Els, 2011. Academic Press, ISBN 9789038216478
          • Current Protocols: Essential Laboratory Techniques.  S. Gallagher, E. A. Wiley. 2012. Wiley-Blackwell. ISBN 978-0-470-94241-3

          Facet Galenica
          • opdrachten  (e-campus)
          • theoriecursus farmaceutische wetenschappen 2 (via lector)

          • Europese Farmacopee (on-line op e-campus)
            Merck Index (beschikbaar in bib en lab3.40)
            Martindale, the extra pharmacopeia (beschikbaar in bib en lab3.40)

          WERKVORMEN
          Soort werkvorm    
          hoor- en werkcolleges:

           7

          %
          practicum en oefeningen:

            93

          %

          vormen van groepsleren:

            0

          %
          Verdere toelichting:

           


           


          EVALUATIE

          Eerste examenperiode
          CategorieWeging van categorieën
          Integratief examen100%

          Puntenverdeling:
          50% jaarwerk in lab
          15% verslagen, opdrachten en presentaties
          25% schriftelijke toets 
          10% werkvelddagen

          Het examen van facet Galenica wordt op een aparte dag georganiseerd, maar de punten worden samen verrekend met die van het examen over Biochemische Laboratoriumtechnieken en Seminaries.

          Conform artikel 55 van het OER kan voor dit opleidingsonderdeel de beoordeling “Fail” (code “F”)  toegekend worden volgens onderstaande criteria:

          ·         afwezigheid

          ·         niet uitvoeren van de opgelegde taken

          ·         niet afgeven van de gevraagde opdrachten

          ·         niet verwerven van de vooropgestelde competenties

           

           

          Bij gewettigde afwezigheid voor  een praktijksessie  haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt voor het inhalen zelf het initiatief.
          Bij meerdere gewettigde afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator.

           


          tijd voor examinering
          uren

          4 

          Tweede examenperiode
          CategorieWeging van categorieën
          Integratief examen100%

          Voor de 2de zittijd blijven de punten van jaarwerk, verslagen/presentaties en werkvelddagen behouden. Enkel de integratieve toets kan herdaan worden. De vraagstelling is analoog als in de 1ste zittijd

           
          INFORMATIE OVER DE FACETTEN

          Het gewicht van de facetten onderling:

          Galenica: 25%

          Biochemische Laboratoriumtechnieken:  75%

           
          Uiterste datum teruggave leerkrediet bij uitschrijving: 12/10/2012