ECTS-database Plantijn Hogeschool
Biomedische laboratoriumtechnologie - Voltijds modelpakket 2 - Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie
  
cataloognrbenamingstudiepunten
4180100054Labcluster instrumentele analyse 2 FBT4
4180100055Moleculaire genetica7
4180100056Proefdierkunde3
4180100093Microbiologie 25
4180100063Werkveldoriëntatie 2FBT8
4180100064Statistiek3
4180100072Chemie 25
4180100077Biochemie 27
4180100080Farmaceutische Wetenschappen 110
4180100086Immunologie4
4180100050Instrumentele analyse 2 FBT4
Voltijds modelpakket 2 - Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie - Labcluster instrumentele analyse 2 FBT
  
O.O. heeft componenten:Neen
Afstudeerrichting//Leertraject:Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie
Code:4180100054
Academiejaar:2012-2013
Type:kern,
Niveau:gespecialiseerd
Periode binnen het modeltraject:Modelpakket 2 - Semester 1
Contacturen:44
Aantal studiepunten:4
Totaal studietijd:104
Examencontract:niet mogelijk
Deliberatie:mogelijk
Vrijstelling:mogelijk
Onderwijstaal:
Lector(en)Kathy Reyniers

 

KORTE OMSCHRIJVING

Verschillende spectrometrische en chromatografische analysetechnieken worden toegepast.
UV- en zichtbaar licht spectrometrie, fluorimetrie, nefelometrie en atomaire emissie en absorptie worden gebruikt.
Gas- en vloeistofchromatografie worden uitgevoerd.  

Er wordt veel aandacht besteed aan het belang van de verschillende meetvoorwaarden en het gebruik van externe en interne standaarden.
 
Kennis van enkele statistische berekeningen is vereist:   LOD, statistische AF en b.i.

De bepalingen gebeuren op waterstalen, voedingsproducten en geneesmiddelen.

COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
 Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

Algemene competenties

  • BL04 Gaat constructief om met kritiek.
  • BL05 Leert uit zijn fouten.
  • BL06 Blijft onder druk zorgvuldig werken.
  • BL07 Blijft onder druk planmatig werken.
  • BL14 Neemt verantwoordelijkheid op voor eigen handelen (meldt fouten en incidenten).
  • BL15 Verwittigt bij afwezigheden.
  • BL16 Respecteert deadlines/afspraken.
  • BL17 Toont respect voor materiaal en het gebruik ervan.
Algemene beroepsgerichte competenties
  • BL27 Benoemt de kern van het probleem.
  • BL28 Onderscheidt hoofd- en bijzaken.
  • BL29 Structureert informatie op een overzichtelijke manier.
  • BL30 Gaat stapsgewijs en systematisch te werk bij het analyseren van een probleem.
  • BL31 Schat de mogelijkheden en beperkingen van een werkmethode in.
  • BL34 Evalueert resultaten kritisch.
  • BL35 Verzamelt gegevens en/of meetresultaten in tabelvorm volgens de richtlijnen beschreven in "Noteren en verslaggeving".
  • BL37 Werkt volgens voorgeschreven procedures/SOP's/werkinstructies.
  • BL40 Houdt rekening met afgesproken tijdslimieten.
  • BL41 Bereidt taken systematisch voor.
  • BL45 Levert werk af volgens de gevraagde kwaliteit.
  • BL46 Heeft aandacht voor orde en netheid.
  • BL47 Maakt een schriftelijk wetenschappelijk, kernachtig en juist verslag volgens de regels beschreven in "Noteren en verslaggeving".
  • BL48 Maakt gebruik van de juiste wetenschappelijke terminologie.
  • BL53 Handelt spontaan volgens procedures beschreven in de ISO14001 werkinstructies
  • BL54 Schat veiligheidsrisico's correct in, zoekt de relevante info op en past deze zinvol toe.
  • BL68 Controleert eigen werk op fouten en correctheid/volledigheid.
Beroepsspecifieke competenties
  • BL59 Heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis van de basiswetenschappen.

SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN

1.     bereidt nauwkeurig oplossingen en verdunningen,
2.     voert metingen uit met de meest voorkomende spectrometrische analysemethoden,  
3.     voert chromatografische scheidingen ( GC, HPLC) uit; kan de mogelijkheden en beperkingen van een chromatografische bepaling inschatten,
4.     rekent meetwaarden om naar concentraties in het oorspronkelijke staal,
5.     verwerkt meetgegevens en de resultaten van een analyse in een wetenschappelijk en taalkundig correct verslag.

VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
Om in te kunnen schrijven voor dit oo moet je geslaagd zijn voor: Instrumentele analyse 1, Labcluster chemie 1, Labcluster Instrumentele analyse 1 Om in te kunnen schrijven voor dit o.o. moet je je ook inschrijven voor: Instrumentele Analyse 2 FBT

Andere begincompetenties

LEERINHOUDEN


Er worden analyses uitgevoerd op eenvoudige monsters.
De studenten leren de toestellen gebruiken en krijgen meer inzicht in de toepasbaarheid en het belang van de spectrometrische en chromatografische analysemethoden. 
Waar mogelijk worden de toestellen eerst manueel gebruikt en daarna met computersturing.

STUDIEMATERIAAL

Practicumnota's  Instrumentele analyse II: proefopgaven .
Statistiek 1en 2 BL Instrumentele analyse 1en 2 BL. 


WERKVORMEN
Soort werkvorm    
hoor- en werkcolleges:

 

%
practicum en oefeningen:

  100

%

vormen van groepsleren:

  

%
Verdere toelichting:
Labwerk: in groepjes van 2of  max 3 studenten.

EVALUATIE

Eerste examenperiode
CategorieWeging van categorieën
Integratief examen60%
totaal cijfer examen40%

  • Permanente evaluatie tijdens het practicum (20%)

1.      permanente evaluatie van lab-opdrachten ,
2.      korte toetsen over parate kennis en vraagstukken,
3.      controle van de voorbereiding van de practica. Mogelijkheid tot sanctie bij onvoldoende voorbereiding: Studenten die een opdracht niet voorbereid hebben kunnen uitgesloten worden van uitvoering van die opdracht,
4.      controle op het correct gebruik van het labschrift.
  • Verslagen (20%)
  • Schriftelijke toets INT (60%)

Conform artikel 55 van het OER kan voor dit opleidingsonderdeel de beoordeling “Fail” (code “F”)  toegekend worden volgens onderstaande criteria:
1.      afwezigheid
2.      niet uitvoeren van de opgelegde taken
3.      niet afgeven van de gevraagde opdrachten
4.      niet verwerven van de vooropgestelde competenties

Bij gewettigde afwezigheid voor  een praktijksessie  haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt voor het inhalen zelf het initiatief.
Bij meerdere gewettigde afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator.


tijd voor examinering
uren

2 

Tweede examenperiode
CategorieWeging van categorieën
Integratief examen60%
totaal cijfer examen40%

  • Enkel het INT- schriftelijk examen (60%).
  • De overige verworven punten   1° examenperiode blijven behouden (40%).
 
Uiterste datum teruggave leerkrediet bij uitschrijving: 10/10/2012
Voltijds modelpakket 2 - Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie - Moleculaire genetica
  
O.O. heeft componenten:Neen
Afstudeerrichting//Leertraject:Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie
Code:4180100055
Academiejaar:2012-2013
Type:kern,
Niveau:gespecialiseerd
Periode binnen het modeltraject:Modelpakket 2 - Semester 2
Contacturen:54
Aantal studiepunten:7
Totaal studietijd:182
Examencontract:mogelijk
Deliberatie:mogelijk
Vrijstelling:mogelijk
Onderwijstaal:
Lector(en)Karen Pittois

 

KORTE OMSCHRIJVING

De cursus start met de structuur van de erfelijkheidscode. Verder wordt bekeken hoe deze code wordt omgezet in lichaamseigenschappen en welke regulatiemechanismen hier een rol spelen. Er wordt besproken hoe de code wordt doorgegeven bij de celdeling en hoe hiervoor het DNA wordt verdubbeld. Veranderingen in het erfelijk materiaal worden besproken, met hun mogelijke oorzaken en gevolgen. De principes van monogene overerving komen aan bod, met zowel autosomale als geslachtsgebonden overerving. Vervolgens hebben we het over multifactoriële overerving en complicerende processen bij de overerving. We bestuderen verschillende chromosomale afwijkingen, zowel numerieke als structurele. Overerving van gekoppelde genen met daarbij koppelingsanalyse zullen behandeld worden. Een kleine introductie tot de populatiegenetica is ook inbegrepen in deze cursus.

Afwijkingen in het genetisch materiaal liggen aan de basis van erfelijke aandoeningen. In het gedeelte  “Moleculaire diagnostiek” wordt kennis gemaakt met de technologie om deze afwijkingen op te sporen. De basistechnologieën als PCR, hybridisatie, sequentieanalyse en recentere ontwikkelingen als micro-arrays en gentherapie komen aan bod. Deze technieken worden toegepast op een aantal gevallen uit de praktijk.


COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
 Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

Algemene competenties

  • BL01 Zoekt opheldering door het stellen van vragen.
  • BL02 Toont zich leergierig en bereid tot leren.
  • BL03 Zoekt naar aanvullende en nieuwe informatie en ontwikkelingen.
Algemene beroepsgerichte competenties
  • BL28 Onderscheidt hoofd- en bijzaken.
  • BL29 Structureert informatie op een overzichtelijke manier.
Beroepsspecifieke competenties

    SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN

    ·         Kent de structuur en de bouwstenen  van het erfelijk materiaal

    ·         Omschrijft de organisatie van het menselijk genoom

    ·         Kent de soorten RNA en hun functie

    ·         Kent de verschillen tussen RNA en DNA

    ·         Tekent  de structuur van een eukaryoot gen en geeft schematisch alle onderdelen weer

    ·         Geeft de structuur van mRNA schematisch weer en benoemt alle onderdelen

    ·         Beschrijft het Dogma van Crick en het gebruik van de genetische code

    ·         Noemt en beschrijft de drie grote stappen in de weg van gen naar eiwit

    ·         Benoemt de verschillende stappen in het replicatie-, transcriptie- en translatieproces en legt deze uit

    ·         Benoemt de algemene opbouw van een transcriptiefactor en de mogelijke types

    ·         Beschrijft wat er gebeurt tijdens de posttranscriptionele modificatie

    ·         Beschrijft welke processen er plaatsvinden tijdens de posttranslationele modificatie

    ·         Benoemt de verschillende niveaus waarop eukaryote genexpessie wordt gereguleerd en geeft voorbeelden

    ·         Benoemt en bespreekt de drie mechanismen van de epigenetica

    ·         Benoemt de verschillende soorten wijzigingen in erfelijk materiaal en legt deze uit

    ·         Bespreekt de processen mitose en meiose

    ·         Kent de verschillende fasen van de celcyclus

    ·         Begrijpt de mechanismen voor geslachtsbepaling bij de bevruchting

    ·         Kent de basisbegrippen uit de genetica

    ·         Interpreteert een genetische stamboom

    ·         Past de  principes van monogene overerving toe op gegeven voorbeelden

    ·         Kent de principes van geslachtsgebonden overerving

    ·         Kent de besproken afwijkingen bij geslachtsgebonden overerving

    ·         Kent de principes van multifactoriële overerving

    ·         Kent de complicerende processen van overerving

    ·         Kent de besproken chromosomale afwijkingen

    ·         Bespreekt de overerving van gekoppelde genen

    ·         Kent de methode en het gebruik van de lod score analyse

    ·         Heeft inzicht in de populatiegenetica

    ·         Berekent allelen- en genotypenfrequenties in gegeven voorbeelden

    ·         Benoemt en beschrijft de verschillende technieken die gebruikt worden in de moleculaire diagnostiek

    ·         Beschrijft het principe van de PCR reactie, de vereisten en de risico’s en de mogelijke detectiesystemen

    ·         Benoemt de verschillende componenten van een PCR reactie en berekent de hoeveelheden

    ·         Benoemt en beschrijft varianten en alternatieven voor PCR en hun toepassingen

    ·         Kiest de juiste PCR variant voor een gegeven toepassing

    ·         Benoemt en beschrijft kwantitatieve PCR procedures

    ·         Kiest het juiste enzym voor een moleculair diagnostische toepassing

    ·         Interpreteert DNA profielen

    ·         Interpreteert resultaten van een moleculaire diagnose (bijvoorbeeld electroforesepatronen)

    ·         Tekent resultaten van een moleculair diagnostische test voor een gegeven klinische afwijking of genetisch profiel

    ·         Maakt een onderscheid tussen een electroforesepatroon van een heterozygoot, homozygoot of gezond individu voor verschillende afwijkingen en technieken

    ·         Tekent schema’s van ALLE verschillende besproken technieken uit de moleculaire diagnostiek


    VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
    Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
    Om in te kunnen schrijven voor dit oo moet je geslaagd zijn voor: Biologie, Biochemie 1 Om in te kunnen schrijven voor dit oo moet je je ook inschrijven voor: Biochemie 2

    Andere begincompetenties

    LEERINHOUDEN

    Structuur van de erfelijkheidscode: uitzicht van het erfelijke materiaal. Het karyogram en de chromosoomformule. Opbouw en indeling van het humaan DNA.

    Omzetting in lichaamseigenschappen: De weg van gen naar eiwit. De structuur van RNA, transcriptie en posttranscriptionele processing

    De weg van gen naar eiwit, vervolg: translatie en posttranslationele modificatie

    Regulatie van genexpressie

    De celdeling: Hoe wordt  de code wordt doorgegeven? De celcyclus met replicatie, mitose en meiose. Herverdeling van het erfelijke materiaal. De voortplantingscellen. Overerving van het geslacht.

    Mutaties: veranderingen in het erfelijke materiaal

    Principes van monogene overerving: basisbegrippen, omzetting van genotype  naar fenotype, het rooster van

    Autosomale overerving: autosomaal recessieve overerving, autosomaal dominante overerving, incomplete dominante en codominante overerving. Geslachtsgebonden overerving

    Multifactoriële overerving en complicerende processen: locusheterogeniteit en pleiotropie, penetrantie en expressiviteit, mozaïeken, genetische anticipatie en epigenetische invloeden

    Chromosomale afwijkingen: polyploïdie, mono- en trisomieën, geslachtsaneuploïdieën, structurele chromosoomafwijkingen

    Overerving van gekoppelde genen

    Analysemethoden voor nucleïnezuren: cytogenetica, koppelingsstudies, hybridisaties, sequentiebepaling, RFLP, FISH, DNA-chips

    Amplificatie van erfelijk materiaal: de PCR reactie

    PCR-varianten

    Kwantitatieve PCR

    Detectie en identificatie van micro-organismen

    Moleculaire detectie van erfelijke ziekten: diagnose van enkelvoudige genafwijkingen

    Moleculaire oncologie

    Gendiagnostiek in de immuunpathologie


    STUDIEMATERIAAL
    • Bundeling powerpoint slides met  notities (Auteur: Karen Pittois)
    • Bundel oefeningen per hoofdstuk
    • Boek ‘Onze Genen – handboek menselijke erfelijkheid’. 3de ed. 2011. P. Craeynest en P. Cokelaere. Acco uitgeverij. ISBN 978-90-334-8556-5

    Niet verplichte literatuur, aanwezig in de bib:

    ·         Essential Medical Genetics. 6th ed. 2011. E. S. Tobias , M. Connor , M. Ferguson Smith . 2011. Wiley-Blackwell. ISBN 978-1-4443-9481-8

    • Medical Genetics at a Glance. 2nd ed. D.J. Pritchard, B.R. Korf. Blackwell Publishing. ISBN 978 1 4051 4846 7

    WERKVORMEN
    Soort werkvorm    
    hoor- en werkcolleges:

     100

    %
    practicum en oefeningen:

      

    %

    vormen van groepsleren:

      

    %
    Verdere toelichting:
    Schriftelijk examen

    EVALUATIE

    Eerste examenperiode
    CategorieWeging van categorieën
    Integratief examen100%

    schriftelijk examen

    tijd voor examinering
    uren

    4 

    Tweede examenperiode
    CategorieWeging van categorieën
    Integratief examen100%

     
    Uiterste datum teruggave leerkrediet bij uitschrijving: 25/02/2013
    Voltijds modelpakket 2 - Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie - Proefdierkunde
      
    O.O. heeft componenten:Neen
    Afstudeerrichting//Leertraject:Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie
    Code:4180100056
    Academiejaar:2012-2013
    Type:kernondersteunend,
    Niveau:inleidend
    Periode binnen het modeltraject:Modelpakket 2 - Semester 2
    Contacturen:22
    Aantal studiepunten:3
    Totaal studietijd:78
    Examencontract:niet mogelijk
    Deliberatie:mogelijk
    Vrijstelling:mogelijk
    Onderwijstaal:
    Lector(en)Marina Crols

     

    KORTE OMSCHRIJVING

    De student verwerft inzicht en kennis in de proefdierkunde, zodat hij/zij op een zorgvuldige en verantwoorde manier kan werken met proefdieren in biomedisch onderzoek, conform met de huidige wetgeving. Naast de theoretische uiteenzetting worden enkele relevante praktische vaardigheden aangeleerd.

    COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
     Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

    Algemene competenties

    • BL02 Toont zich leergierig en bereid tot leren.
    • BL03 Zoekt naar aanvullende en nieuwe informatie en ontwikkelingen.
    • BL04 Gaat constructief om met kritiek.
    • BL05 Leert uit zijn fouten.
    • BL12 Handelt volgens de geldende ethische normen.
    • BL15 Verwittigt bij afwezigheden.
    • BL17 Toont respect voor materiaal en het gebruik ervan.
    Algemene beroepsgerichte competenties
    • BL28 Onderscheidt hoofd- en bijzaken.
    • BL46 Heeft aandacht voor orde en netheid.
    • BL48 Maakt gebruik van de juiste wetenschappelijke terminologie.
    • BL54 Schat veiligheidsrisico's correct in, zoekt de relevante info op en past deze zinvol toe.
    Beroepsspecifieke competenties
    • BL59 Heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis van de basiswetenschappen.
    • BL60 Heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis omvattende de verschillende aspecten van de biomedische wetenschappen.
    • BL64 Beheerst de in-vivo technieken.

    SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
    • beheerst de algemene anatomie en fysiologie
    • beheerst algemene genetica
    • beheerst de genetica met betrekking op de proefdieren
    • manipuleert en behandelt dieren met respect voor de dieren
    • werkt aseptisch en steriel
    • beheerst de basis van hechtingstechnieken
    • beheerst de basistechniek van staalname bij proefdieren
    • weet het belang van de wetgeving bij de proefdierkunde
    • kent de anatomie en fysiologie, met de verschillen, van de besproken proefdieren
    • weet welke rassen en soorten proefdieren men gebruikt
    • weet hoe de dieren moeten gehuisvest en verzorgd worden
    • kent de zoönose met betrekking op de proefdieren
    • kent de voornaamste pathologie bij proefdieren
    • werkt veilig
    • verwerkt afval correct
    • formuleert de 3 V's 
    • benoemt de alternatieven voor dierproeven

     


    VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
    Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
    Om in te kunnen schrijven voor dit o.o. moet je geslaagd zijn voor: Hematologie 1, Biochemie 1, Labcluster biologie Om in te kunnen schrijven voor dit o.o. moet je je ook inschrijven voor: Immunologie

    Andere begincompetenties

    Algemene kennis van de anatomie, fysiologie en ethologie van de mens
     Kennis basis Genetica

    LEERINHOUDEN

          
    ·         Algemene inleiding tot de proefdierkunde, historie van het gebruik van proefdieren gekoppeld aan de wetgeving
    ·          Kennis van de anatomie en fysiologie specifiek voor kleine proefdieren.
    ·         Bespreking van de meest gebruikte soorten, rassen, en stammen van proefdieren, de huisvesting, kooiverrijking, voeding en proefdierhygiëne.
    ·         Bespreking van de voornaamste zoönosen, per agens (bacterie, parasiet, virus)  per proefdiersoort: herkenning, behandeling en hoe zoönose voorkomen. De veiligheid voor het personeel en correct afvalbeheer
    ·         De voornaamste pathologiën bij proefdieren, preventie, herkennen en behandelen. 
    ·         Bespreking van factoren die het welzijn van proefdieren beïnvloeden: evaluatie van  bioparameters voor stress, pijn, angst.
    ·         Anesthesie, analgesie, euthanasie bij proefdieren
    ·         Bespreking van de verschillende fasen van het proefdierkundig onderzoek,  methodologiën, specifiek experimenteel gebruik van kleine proefdieren.
    ·         Uitdieping van de Genetica met de nadruk op genetische standaardisatie
    ·         Bespreking van de ethiek rond proefdierkunde, met de nadruk op de 3 V’s en alternatieven in de proefdierkunde
    ·         Werking van het animalarium
    ·        Manipulatie van  de meest voorkomende proefdieren (immobiliseren/stoffen toedienen/monsterafname/seksen…)
    ·         Bespreking aseptisch en steriel werken, hechtmaterialen en hechtingstechnieken, plaatselijke en totale verdoving, euthanasie.
    ·         Praktijkgericht: manipulatie van proefdieren, asepsis en steriel werken, dissectietechnieken, hechtingstechnieken, en het maken van coupes..

    STUDIEMATERIAAL
    • handboek: "handboek proefdierkunde, proefdieren, dierproeven, alternatieven en ethiek", L.F.M. van Zutphen. vijfde druk. Elsevier gezondheidszorg.ISBN 978 90 352 2981 5
    • powerpoint slides beschikbaar op de p-shijf, e-campus

     


    WERKVORMEN
    Soort werkvorm    
    hoor- en werkcolleges:

     100

    %
    practicum en oefeningen:

      

    %

    vormen van groepsleren:

      

    %
    Verdere toelichting:

    Hoorcolleges en werkvelddagen:

    • de werkvelddagen zijn verplichte activiteiten.
    • er worden 3 werkvelddagen voorzien.
    • indeling
      • van biopt tot coupe (ook voor OO microscopische anatomie) met dissectie van proefdier dit is een activiteit die zal doorgaan in een  labo van de UA
      • manipulatie van proefdieren, aanleren van hechttechnieken en biopsie name, leren aseptsiche en steriel werken
      • werking van het animalarium:  HO door een gastspreker.

    EVALUATIE

    Eerste examenperiode
    CategorieWeging van categorieën
    Integratief examen100%

    Schriftelijk examen

     

    Conform artikel 55 van het OER kan voor dit opleidingsonderdeel de beoordeling “Fail” (code “F”)  toegekend worden volgens onderstaande criteria:

    ·         afwezigheid

    ·         niet uitvoeren van de opgelegde taken

    ·         niet afgeven van de gevraagde opdrachten

    ·         niet verwerven van de vooropgestelde competenties

     

    Bij gewettigde afwezigheid voor  een verplichte activiteit  haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt voor het inhalen zelf het initiatief.
    Bij meerdere gewettigde afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator.



    tijd voor examinering
    uren

    4 

    Tweede examenperiode
    CategorieWeging van categorieën
    Integratief examen100%

    Schriftelijk examen

     

    Conform artikel 55 van het OER kan voor dit opleidingsonderdeel de beoordeling “Fail” (code “F”)  toegekend worden volgens onderstaande criteria:

    ·         afwezigheid

    ·         niet uitvoeren van de opgelegde taken

    ·         niet afgeven van de gevraagde opdrachten

    ·         niet verwerven van de vooropgestelde competenties

     

    Bij gewettigde afwezigheid voor  een verplichte activiteit  haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt voor het inhalen zelf het initiatief.
    Bij meerdere gewettigde afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator.


     
    Uiterste datum teruggave leerkrediet bij uitschrijving: 25/02/2013
    Voltijds modelpakket 2 - Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie - Microbiologie 2
      
    O.O. heeft componenten:Neen
    Afstudeerrichting//Leertraject:Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie
    Code:4180100093
    Academiejaar:2012-2013
    Type:kern,
    Niveau:gespecialiseerd
    Periode binnen het modeltraject:Modelpakket 2 - Semester 1
    Contacturen:46
    Aantal studiepunten:5
    Totaal studietijd:130
    Examencontract:niet mogelijk
    Deliberatie:mogelijk
    Vrijstelling:mogelijk
    Onderwijstaal:
    Lector(en)Anneleen Soetaert
    Lesley Tilleman

     

    KORTE OMSCHRIJVING
    In deze cursus wordt de kennis van de hoofdstukken “microbiologie” uit de opleidingsonderdelen “Biologie” en “Labcluster biologie” verder uitgediept waarbij de verschillen tussen de pro- en eukaryote cel centraal staan. Onderwerpen zoals de groei van bacteriële culturen en hun controlemethoden (zowel fysisch als chemisch),  de bacteriële genetica, de metabole diversiteit van micro-organismen  en de mogelijke identificatietesten worden besproken.  In het laatste deel van de cursus komen topics uit de medische microbiologie en de voedingsmiddelenmicrobiologie uitgebreid aanbod. In het lab staan volgende vragen centraal: “welke micro-organismen” en “hoeveel micro-organismen” zijn in het staal aanwezig? Dit vertaalt zich in enkele biochemische testen, biochemische fingerprints en de bepaling van het kiemgetal.

    COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
     Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

    Algemene competenties

    • BL06 Blijft onder druk zorgvuldig werken.
    • BL13 Handelt volgens de geldende milieunormen.
    Algemene beroepsgerichte competenties
    • BL29 Structureert informatie op een overzichtelijke manier.
    • BL32 Baseert zijn oordeel op de gegevens en feiten.
    • BL37 Werkt volgens voorgeschreven procedures/SOP's/werkinstructies.
    • BL41 Bereidt taken systematisch voor.
    • BL47 Maakt een schriftelijk wetenschappelijk, kernachtig en juist verslag volgens de regels beschreven in "Noteren en verslaggeving".
    • BL48 Maakt gebruik van de juiste wetenschappelijke terminologie.
    • BL49 Schriftelijk: gebruikt korte zinnen en directe taal.
    • BL53 Handelt spontaan volgens procedures beschreven in de ISO14001 werkinstructies
    Beroepsspecifieke competenties

      SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
      • Beschrijft de voorwaarden voor microbiële groei
      • Weet hoe microbiële groei gecontroleerd wordt door toepassingen van fysische en chemische methoden
      • Vergelijkt de prokaryotische en eukaryotische genexpressie
      • Beschrijft de mechanismen van transformatie, transductie en conjugatie
      • Begrijpt de metabole diversiteit bij micro-organismen
      • Beschrijft verschillende methoden voor de identificatie van micro-organismen waaronder biochemische testen, faag typering, DNA fingerprinting, PCR en serologische technieken.
      • Schets het verschil tussen bacteriofagen en dierlijke virussen
      • Definieert begrippen uit de medische microbiologie
      • Benoemt de microbiële mechanismen van pathogeniciteit
      • Begrijpt de methoden van conservering van levensmiddelen in de industrie
      • Schetst de indicatoren van voedselbedref
      • Vergelijkt voedselinfecties met voedselintoxicaties

      VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
      Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
      Om in te kunnen schrijven voor dit oo moet je geslaagd zijn voor Biologie, Labcluster biologie

      Andere begincompetenties

      LEERINHOUDEN
      • Inleiding: de pro- en eukaryote cel
      • Microbiële groei en controle
      • Microbiële genetica
      • Het microbieel metabolisme
      • Identificatietesten
      • Virussen
      • Medische microbiologie
      • Voedingsmiddelenmicrobiologie
      • Vaardigheden in het microbiologisch lab:
        -uitvoeren van biochemische testen op micro-organismen
        -bepalen van biochemische fingerprints van micro-organismen
        -tellen van bacteriën (spreid- en gietplaat)
        -opstellen van een antibiogram en een resistogram 

      STUDIEMATERIAAL

      Cursus: Microbiologie 2- Anneleen Soetaert- Plantijnhogeschool.



      WERKVORMEN
      Soort werkvorm    
      hoor- en werkcolleges:

       48

      %
      practicum en oefeningen:

        52

      %

      vormen van groepsleren:

        

      %
      Verdere toelichting:

      EVALUATIE

      Eerste examenperiode
      CategorieWeging van categorieën
      Integratief examen100%

      • Schiftelijk examen met kennis-,inzichts-, toepassingsvragen en meerkeuzevragen met puntenverdeling 50% op de theorie, 25% op de praktijk.
      • Integraal verslag  labo: 15%
      • Werk in labo: 10%
      Conform artikel 55 van het OER kan voor dit opleidingsonderdeel de beoordeling “Fail” (code “F”)  toegekend worden volgens onderstaande criteria:
      ·         afwezigheid
      ·         niet uitvoeren van de opgelegde taken
      ·         niet afgeven van de gevraagde opdrachten
      ·         niet verwerven van de vooropgestelde competenties


      Bij gewettigde afwezigheid voor  een praktijksessie  haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt voor het inhalen zelf het initiatief.
      Bij meerdere gewettigde afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator.


      tijd voor examinering
      uren

      4 

      Tweede examenperiode
      CategorieWeging van categorieën
      Integratief examen100%

      2de zit: analoog examen als in 1ste zittijd
      Enkel het schriftelijk examen (50 % theorie + 25% praktijk) wordt hernomen, de punten van de permanente evaluatie (verslag, werk labo) worden overgedragen..
       
      Uiterste datum teruggave leerkrediet bij uitschrijving: 10/10/2012
      Voltijds modelpakket 2 - Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie - Werkveldoriëntatie 2FBT
        
      O.O. heeft componenten:Neen
      Afstudeerrichting//Leertraject:Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie
      Code:4180100063
      Academiejaar:2012-2013
      Type:kernondersteunend,
      Niveau:uitdiepend
      Periode binnen het modeltraject:Modelpakket 2 - Volledig academiejaar
      Contacturen:0
      Aantal studiepunten:8
      Totaal studietijd:208
      Examencontract:niet mogelijk
      Deliberatie:mogelijk
      Vrijstelling:mogelijk
      Onderwijstaal:
      Lector(en)Marjan Van Cleemput
      Ingrid Van den Bossche
      Goele Caethoven


      beschrijving nog niet beschikbaar
      Voltijds modelpakket 2 - Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie - Statistiek
        
      O.O. heeft componenten:Neen
      Afstudeerrichting//Leertraject:Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie
      Code:4180100064
      Academiejaar:2012-2013
      Type:kernondersteunend,
      Niveau:gespecialiseerd
      Periode binnen het modeltraject:Modelpakket 2 - Semester 1
      Contacturen:44
      Aantal studiepunten:3
      Totaal studietijd:78
      Examencontract:mogelijk
      Deliberatie:mogelijk
      Vrijstelling:mogelijk
      Onderwijstaal:
      Lector(en)Veerle Van Vlaslaer

       

      KORTE OMSCHRIJVING

      Statistische technieken beschrijven variaties: toevallige variaties (meetfouten, kwaliteitscontrole van een procesparameter), gecontroleerde variaties (optimale instellingen van een toestel of analyseprocedure) en biologische variaties .

      In deze cursus (vervolg van de cursus meetvariatie) gaan we dieper in op de analyse van de mogelijke oorzaken van variatie. Met hypothesetesten leer je om op basis van een beperkt aantal metingen onderzoeksvragen (hypothesen) over bepaalde analysemethoden of toestellen te beantwoorden. Met variantieanalyses en andere technieken uit het statisitsch proefopzetten ga je gericht een aantal experimenten uitvoeren om optimale instellingen voor toestel en/of analysemethode te zoeken om zo de meetvariatie te minimaliseren.

      We bekijken statistiek op ‘populatie’-niveau: kansrekenen toegepast op de bevolking waarmee je gezondheidsrisico’s kan inschatten (epidemiologie).  We gaan ook dieper in op de gevolgen van biologische variatie binnen een populatie bij het stellen van een diagnose op basis van individuele labuitslagen.

      De voorbeelden en oefeningen komen zoveel mogelijk uit de praktijk: je leert om met een formuleboekje in elke situatie de meest geschikte methode op te zoeken en uit te voeren.


      COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
       Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

      Algemene competenties

        Algemene beroepsgerichte competenties
        • BL28 Onderscheidt hoofd- en bijzaken.
        • BL30 Gaat stapsgewijs en systematisch te werk bij het analyseren van een probleem.
        • BL32 Baseert zijn oordeel op de gegevens en feiten.
        • BL33 Gebruikt informatiebronnen kritisch.
        • BL34 Evalueert resultaten kritisch.
        • BL48 Maakt gebruik van de juiste wetenschappelijke terminologie.
        • BL68 Controleert eigen werk op fouten en correctheid/volledigheid.
        Beroepsspecifieke competenties

          SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN

          • verzamelt gericht gegevens: stelt een statistisch proefschema op in functie van de onderzoeksvragen, voert de bijhorende gegevensanalyes uit en interpreteert het resultaat.
          • voert volgende  statistische toetsen volledig (berekenen en interpreteren) uit:  t-testen op populatiegemiddelden (1 steekproef, 2 steekproeven), X²-en F-test op populatievarianties, goodness-of-fit testen ( X²-test en Kolmogorov-Smirnov), z-test op proporties, X²-onafhankelijkheidstest
          • doet een kritische analyse van een wetenschappelijk artikel (verslag van een epidemiologisch onderzoek): werkt evidence based. 
          •  past de wiskunde van de toevalsveranderlijken toe op gegevens gerangschikt in frequentietabellen: berekent kansen, risico's en odds 
          •  beschrijft de toestand van een groep (ziek-gezond) met gepaste frequentiematen: berekent prevalentie- en incidentiecijfers; interpreteert deze frequentiematen
          •  kent verschillende types epidemiologische studies, berekent en interpreteert de bijhorende associatiematen OR, RR, AR, PAR 
          •  gebruikt kansrekenen om de kwaliteit van een diagnose uit te drukken met Se, Sp, voorspellingswaarden, ROC-curve, kappa-waarde 
          •  interpeteert deze kwaliteitskenmerken van diagnostiek.   
          •  gebruikt kansrekenen  om de kwaliteit van een merkergen uit te drukken: lodscore.
          • gebruikt kansrekenen bij voorspellingen ivm erfelijke aandoeningen: regel van Bayes en stambomen.
          • berekent de klassieke variantieanalyses (1, 2 en 3 factor) en interpreteert het resultaat
          •  berekent lineariteitstesten en interpreteert de resultaat.
          •  begrijpt de onderliggende verschillen tussen verschillende lineaire regressietechnieken.
          • berekent factoriële proefschema’s en interpeteert de resultaten. 
          •  voert robuustheidstesten uit en interpeteert de resultaten.
          •  voert de statistische gegevensanalyse uit zowel manueel als met Excel 
          •   leest en interpreteert  de output van statistische software
          • zet controlekaarten op en leest deze ( leesregels)  
          •  kent de statistische principes achter externe kwaliteitscontrole: leest en interpreteert de rapportering. 

          VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
          Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
          Om in te kunnen schrijven voor dit oo moet je geslaagd zijn voor Meten is weten

          Andere begincompetenties

          LEERINHOUDEN
          •  hypothesetesten (1 steekproef en normale verdeling): verdeling van een steekproefgemiddelde; hypothesetesten (t-test op µ, chi kwadraat-test op variantie; verband met betrouwbaarheidsindervallen (cursus meetvariatie); p-waarde, type I en type I I fouten 
          •  hypothesetesten (2 steekproeven en normale verdeling):  t-test op µ1 - µ2 (onafhankelijke steekproeven); t-test op µ1 - µ2 (afhankelijke steekproeven); F-test op varianties
          • de statistiek van properties (z-test); chi kwadraat-onafhankelijkheidstest voor kruistabellen; chi kwadraat en Kolmogorov-Smirnoc als goodness-of-fit test; 
          •  link naar methodevalidatie: juistheid; precisie; LOD
          • Kansrekenen - epidemiologie: wiskunde van de toevalsveranderlijke (rekenregels) en kansrekenen in de praktijk (frequentietabellen); epidemiologische kengetallen (prevalentie – incidentie; verschil ratio en rate); basismodel epidemiologisch onderzoek – cohort – case-control – clinical trial; associatiematen (RR – AR – OR). 
          •  Kansrekenen - diagnostiek: kengetallen: gevoeligheid (Se) – specificiteit (Sp) – voorspellingswaarden; onderlinge samenhang van de kengetallen – regel van Bayes; onderlinge samenhang v an de kengetallen – ROC-curve; genetica: regel van Bayes en stambomen – regel van Bayes en merkergen (lodscore). 
          •  methodevergelijking – deel II: methodevergelijking met kappa-waarde
          • Variantieanalyse - 1 factor: homogene varianties; één factor ANOVA; Duncan's Multiple Range test; verband met formules gegroepeerde metingen (1ste jaar)
          •  lineariteitstesten: lineariteitstest – GOF; lineariteitstest – LOF-PE; kwaliteitscoëfficiënt QC van een rechte; Passing-Bablock en Deming 
          •  variantieanalyse – 2&3 factoren: twee factor ANOVA; drie factor ANOVA: double randomized block; drie factor ANOVA: latijns vierkant 
          •  variantieanalyse – factorieel en fractioneel: factoriële proefschema’s en effecten; 2²- en 23- proefschema’s (t-testen en F-testen); fractionele 2k-proefschema: Plackett-Burman (t-testen); robuustheidstest: Youden-Steiner (t-testen)
          •  interne kwaliteitscontrole: controlekaarten met leesregels
          • externe kwaliteitscontrole: grafische technieken 

          STUDIEMATERIAAL

          •         Hoofdstukken 7 tem 15, 18&19 uit de cursus “statistiek” – auteur: Veerle Van Vlaslaer  – Plantijn Hogeschool
          •           Formuleboekje statistiek (deel 1BL en deel 2&3BL) – auteur: Veerle Van Vlaslaer – Plantijn Hogeschool 
          •           rekenmachine
          •           wetenschappelijke artikels (thematische EDU-map statistiek)
          •           www.westgard.com

          aanvullend in de bib:

          •  ‘understanding clinical papers’ Bowers-House-Owens (ISBN 047148976X)
          • ‘Statistics and chemometrics’ Miller&Miller (ISBN 013028885) 
          •  ‘Praktische statistiek voor het laboratorium’ Klaessens en Van Leeuwen (ISBN 9071694526)  
          •   ‘Statistiek, validatie en meetonzekerheid voor het laboratorium’ Klaessens (ISBN 9789077423622) 
          •  ‘fundamentals of biostatistics’-Rosner (ISBN 0534209408)

          WERKVORMEN
          Soort werkvorm    
          hoor- en werkcolleges:

           100

          %
          practicum en oefeningen:

            

          %

          vormen van groepsleren:

            

          %
          Verdere toelichting:
          • hoorcolleges met oefeningen: vertrekkend vanuit problemen uit het lab en de wetenschappelijke vakliteratuur worden de statistische begrippen geïntroduceerd en uiteengezet. 
          • de nadruk ligt op begrijpen en i nterpreteren van data en niet op reproduceren van formules (formuleboekje) 
          •  zelfstandig werk: oplossen van de extra opgaven in de cursus, feedback van de lector tijdens de colleges
          • andere begeleidingsmomenten: (individuele) vraagstelling en feedback do or lector (e-mail)

          EVALUATIE

          Eerste examenperiode
          CategorieWeging van categorieën
          Integratief examen100%

          •             integratieve toets (4cu)
          •           open-boek’ toetsing: het boek is het formuleboekje statistiek (delen 1BL en 2&3BL) en bevat geen opgeloste oefeningen
          •           gebruik van een rekenmachine is toegelaten
          •           samenstelling van de vragen: hoogstens 50% van de vragen zijn louter kennisvragen (correct toepassen van de statistische technieken, correcte uitvoeren van berekeningen) en minstens 50% van de vragen zijn interpretatievragen (correct kiezen voor een bepaalde techniek, interpretatie van de resultaten, interpretatie van de onderzoeksresultaten van derden)
          •           in lesweek 5 wordt tijdens de les (2cu) een toets over de hoofdstukken 10-11-12 (hypothesetesten) georganiseerd. De toets wordt slechts één keer georganiseerd. Er geldt dat studenten die afwezig zijn extra vragen krijgen (binnen dezelfde examentijd) op het examen in de examenreeks. De toets is deel van het examen van de eerste examenperiode: dit betekent dat de behaalde punten (los van geslaagd of niet geslaagd) bij het examen meegeteld worden. De student kiest wanneer (toets of examen) hij/zij de vragen over hypothesetesten beantwoordt.

          tijd voor examinering
          uren

          4 

          Tweede examenperiode
          CategorieWeging van categorieën
          Integratief examen100%

          •  integratieve  toets (4cu) over de volledige leerstof
          •  open-boek’ toetsing: het boek is het formuleboekje statistiek (delen 1BL en 2&3BL) en bevat geen opgeloste oefeningen 
          •  gebruik van een rekenmachine is toegelaten
          • samenstelling van de vragen: hoogstens 50% van de vragen zijn louter kennisvragen (correct toepassen van de statistische technieken, correcte uitvoeren van berekeningen) en minstens 50% van de vragen zijn interpretatievragen (correct kiezen voor een bepaalde techniek, interpretatie van de resultaten, interpretatie van de onderzoeksresultaten van derden) 
           
          Uiterste datum teruggave leerkrediet bij uitschrijving: 10/10/2012
          Voltijds modelpakket 2 - Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie - Chemie 2
            
          O.O. heeft componenten:Neen
          Afstudeerrichting//Leertraject:Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie
          Code:4180100072
          Academiejaar:2012-2013
          Type:kern,
          Niveau:gespecialiseerd
          Periode binnen het modeltraject:Modelpakket 2 - Semester 2
          Contacturen:36
          Aantal studiepunten:5
          Totaal studietijd:130
          Examencontract:niet mogelijk
          Deliberatie:mogelijk
          Vrijstelling:mogelijk
          Onderwijstaal:
          Lector(en)Karin Dhont

           

          KORTE OMSCHRIJVING
          In  “Chemie 2” komen aspecten zoals representatieve staalnames, homogene monsters, ontsluiting, onteiwitten en ontvetten van voedingsmiddelen, en verdunning van het staal aan bod.
          De toegepaste analysetechnieken zijn gravimetrie en volumetrie
          De neerslagstitraties en gravimetrie worden in hoorcolleges theoretisch benaderd. Er wordt geleerd een titratiecurve te berekenen en de invloed van zijreacties, verdunning en oplosbaarheid op het verloop van de titratiecurve en de ligging van het equivalentiepunt na te gaan.
          Tijdens de hoorcolleges leert de student berekeningen maken uitgaande van de resultaten uit fictieve analyses. Het uitschrijven van reacties, het opstellen van stelsels en het omrekenen van de bepalingsvorm naar de uitdrukkingsvorm zijn hier belangrijk.


          COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
           Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

          Algemene competenties

          • BL13 Handelt volgens de geldende milieunormen.
          • BL15 Verwittigt bij afwezigheden.
          • BL16 Respecteert deadlines/afspraken.
          • BL17 Toont respect voor materiaal en het gebruik ervan.
          Algemene beroepsgerichte competenties
          • BL41 Bereidt taken systematisch voor.
          • BL42 Organiseert het werk in een efficiënte planning.
          • BL44 Organiseert verschillende taken tegelijkertijd.
          • BL47 Maakt een schriftelijk wetenschappelijk, kernachtig en juist verslag volgens de regels beschreven in "Noteren en verslaggeving".
          • BL48 Maakt gebruik van de juiste wetenschappelijke terminologie.
          • BL49 Schriftelijk: gebruikt korte zinnen en directe taal.
          Beroepsspecifieke competenties

            SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
            1. neerslagtitraties/argentometrie: de student berekent titratiecurven; schat de invloed van de verdunning en de grootte van Ks op de titratiecurve, de ligging van het EP en de grootte van de sprong correct in
            2. berekent concentraties ahv resultaten uit een neerslagstitratie of een gravimetrische bepaling (vraagstukken)
            3. gravimetrie: de student kent de basisprincipes, homogene precipitatie, problemen en oplossingen voor de vorming van zeer fijne neerslagen
            4. voert analyses uit met analysemethoden gezien in de theorie (gravimetrie en neerslagstitraties)
            5. voert een correcte staalname uit
            6. bereidt een staal correct voor
            7. schrijft een praktijkjournaal volgens de voorschriften, plant efficiënt en maakt een realistische tijdsindeling voor het uitvoeren van de proeven
            8. bereidt nauwkeurig oplossingen en werkt analytisch
            9. zet de bekomen meetresultaten om naar de vereiste concentraties in het monster
            10. verwerkt de resultaten in een wetenschappelijk en taalkundig correct verslag zoals voorgeschreven

             


            VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
            Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
            Om in te kunnen schrijven voor dit oo moet je geslaagd zijn voor Chemie 1, Labcluster Chemie 1

            Andere begincompetenties

            LEERINHOUDEN

            1. gravimetrie

            2. neerslagstitraties

            3. staalname en staalvoorbereiding: microwave destruction; ontsluiting en hydrolyse

            4. analyse van melk: droge stof; asgehalte; vetgehalte; zuurtegraad; lactosegehalte; chloridegehalte

            5. analyse van brood: vetgehalte; droge stof

            6. chloridebepaling volgen Mohr, Fajans, Volhard


            STUDIEMATERIAAL

            WERKVORMEN
            Soort werkvorm    
            hoor- en werkcolleges:

             33

            %
            practicum en oefeningen:

              67

            %

            vormen van groepsleren:

              

            %
            Verdere toelichting:

            * tijdens het lab werken de studenten per 2

            * dragen van een veiligheidsbril en labjas is verplicht

            * studenten maken voor de aanvang van elk lab een dagplanning met uit te voeren taken en vermelding van het nodige materiaal en producten. Deze dagplanning maakt deel uit van de integrale planning voor het volledige labprogramma


            EVALUATIE

            Eerste examenperiode
            CategorieWeging van categorieën
            Integratief examen100%

            1. permanente evaluatie van lab-opdrachten ,
            2. korte toetsen over parate kennis en vraagstukken,
            3. controle van de voorbereiding van de practica. Mogelijkheid tot sanctie bij onvoldoende voorbereiding: Studenten die een opdracht niet voorbereid hebben kunnen uitgesloten worden van uitvoering van die opdracht,
            4. controle op het correct gebruik van het labschrift.

            5. Verslagen

            6. Schriftelijke toets INT

            Conform artikel 55 van het OER kan voor dit opleidingsonderdeel de beoordeling “Fail” (code “F”)  toegekend worden volgens onderstaande criteria:
            1.      afwezigheid
            2.      niet uitvoeren van de opgelegde taken
            3.      niet afgeven van de gevraagde opdrachten
            4.      niet verwerven van de vooropgestelde competenties

            Bij gewettigde afwezigheid voor  een praktijksessie  haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt voor het inhalen zelf het initiatief.
            Bij meerdere gewettigde afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator


            tijd voor examinering
            uren

            4 

            Tweede examenperiode
            CategorieWeging van categorieën
            Integratief examen100%

            alleen de integratieve toets kan hernomen worden. de andere punten blijven behouden uit de eerste zittijd.
             
            Uiterste datum teruggave leerkrediet bij uitschrijving: 25/02/2013
            Voltijds modelpakket 2 - Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie - Biochemie 2
              
            O.O. heeft componenten:Neen
            Afstudeerrichting//Leertraject:Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie
            Code:4180100077
            Academiejaar:2012-2013
            Type:kern,
            Niveau:gespecialiseerd
            Periode binnen het modeltraject:Modelpakket 2 - Volledig academiejaar
            Contacturen:66
            Aantal studiepunten:7
            Totaal studietijd:182
            Examencontract:niet mogelijk
            Deliberatie:mogelijk
            Vrijstelling:mogelijk
            Onderwijstaal:
            Lector(en)Goele Caethoven
            Roald Santens


            beschrijving nog niet beschikbaar
            Voltijds modelpakket 2 - Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie - Farmaceutische Wetenschappen 1
              
            O.O. heeft componenten:Neen
            Afstudeerrichting//Leertraject:Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie
            Code:4180100080
            Academiejaar:2012-2013
            Type:kern,
            Niveau:gespecialiseerd
            Periode binnen het modeltraject:Modelpakket 2 - Semester 2
            Contacturen:66
            Aantal studiepunten:10
            Totaal studietijd:260
            Examencontract:mogelijk
            Deliberatie:mogelijk
            Vrijstelling:mogelijk
            Onderwijstaal:
            Lector(en)Marjorie Theunen

             

            KORTE OMSCHRIJVING
             

            In een eerste algemeen deel wordt de student vertrouwd gemaakt met de basisbegrippen van de farmaco- en toxicokinetiek en de farmaco- en toxicodynamiek. Er wordt ingegaan op de opname, distributie, metabolisme, excretie en werkingsmechanisme van een farmacon of toxicon. Ook begrippen aangaande de dosis-responsrelatie, maat voor toxiciteit, drempelwaarden, bio-accumulatie worden hier besproken. De invloed van farmaceutische chemie op de ADME van de farmaca wordt eveneens bondig besproken.

            In een tweede deel wordt verder ingegaan op de "speciële farmacologie" waarin de verschillende groepen geneesmiddelen worden voorgesteld met hun specifieke werkingsmechanismen en geneeskundige toepassingen. Bepaalde onderdelen worden voor beter begrip voorafgegaan door de fysiologie van het besproken lichaamsstelsel. Het toxiciteitsonderzoek wordt besproken met nadruk op toxiciteitsonderzoek van geneesmiddelen, zowel dierproeven als in-vitro en ex-vivo toxiciteitsstudies. De theorie wordt verder geïllustreerd  met voorbeelden uit de milieutoxicologie, forensische toxicologie en voedingstoxicologie.


            COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
             Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

            Algemene competenties

            • BL01 Zoekt opheldering door het stellen van vragen.
            • BL02 Toont zich leergierig en bereid tot leren.
            • BL03 Zoekt naar aanvullende en nieuwe informatie en ontwikkelingen.
            • BL16 Respecteert deadlines/afspraken.
            Algemene beroepsgerichte competenties
            • BL28 Onderscheidt hoofd- en bijzaken.
            • BL29 Structureert informatie op een overzichtelijke manier.
            • BL30 Gaat stapsgewijs en systematisch te werk bij het analyseren van een probleem.
            • BL33 Gebruikt informatiebronnen kritisch.
            • BL36 Splitst een grotere opdracht zelfstandig in stapsgewijze deeltaken.
            • BL48 Maakt gebruik van de juiste wetenschappelijke terminologie.
            Beroepsspecifieke competenties
            • BL59 Heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis van de basiswetenschappen.
            • BL60 Heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis omvattende de verschillende aspecten van de biomedische wetenschappen.
            • BL65 Heeft inzicht in eenvoudige wetenschappelijke onderzoekstechnologieën.

            SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN

            De student
            -kent de basisprincipes van 'ADME'
            -kent de basisprincipes van farmaco-/toxicokinetiek
            -kent de basisprincipes van farmaco-/toxicodynamiek
            -heeft kennis van werkingsmechanismen en geneeskundige toepassingen van de voornaamste farmacologische groepen
            -kan verband leggen tussen structuurformules en farmacologische werking
            -krijgt inzicht in de elementaire begrippen uit de toxicologie (schadelijkheid, blootstelling, dosis, drempelwaarde.)
            -beschrijft de verschillende types toxiciteitsstudies en hun kenmerken (ook principe, doel,en werkwijze)
            -krijgt inzicht in de verschillende fasen van de ontwikkeling van nieuwe geneesmiddelen
            -benoemt de stoffen die mileiutoxiciteit veroorzaken en beschrijft hun werkingsmechanisme en toxisch profiel
            -heeft inzicht in de toxische effecten en werkingsmechanismen van psycholeptica en psychoanaleptica
            -maakt berekeningen onder meer over het distributievolume, de dosissen, bloedconcentraties, de bloed-alcoholconcentratie (Widmark), de eliminatie (halfwaardetijd,..) enz

            VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
            Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
            Om in te kunnen schrijven voor dit oo moet je geslaagd zijn voor: Biologie, Biochemie 1 Om in te kunnen schrijven voor dit oo moet je je ook inschrijven voor: Biochemie 2

            Andere begincompetenties

            LEERINHOUDEN

            Deel 1:

            • Inleidende begrippen
            • ontwikkeling van een nieuw geneesmiddel 
            • opname en toediening van een farmacon/toxicon 
            • distributie van een farmacon/toxicon
            • metabolisatie van een farmacon/toxicon
            • eliminatie van een farmacon/toxicon 
            • Zuren en basen in de organische chemie
            • farmaco- en toxicokinetiek
            • farmaco- en toxicodynamiek
            • farmacogenetica en bijwerkingen

            Deel 2:

            • CZS: anatomie en  fysiologie
            • CZS : adrenerge neurotransmissie
            • CZS : cholinerge neurotransmissie
            • SAR (structuuractiviteitsrelaties )
            • psychofarmaca
            • beïnvloeding van CZS door psycholeptica
            • beïnvloeding van CZS door psycho-analeptica
            • farmaca ter beïnvloeding van het motorisch stelsel
            • antithrombotica
            • vaatverwijders en hartfarmaca
            • pijnfarmaca
            • antibiotica en virostatica
            • biomonitoring en toxidromen
            • toxiciteitsonderzoek: dierproeven, in-vitro en ex-vivostudies
            • milieutoxicologie
            • alternatieve geneeswijzen

            STUDIEMATERIAAL
             

            power-point presentaties van de hoorcolleges (op e-campus)

            oefeningen pakket (M Theunen)

            Gecommentarieerd Geneesmiddelenrepertorium 2011 (BCFI) (gratis door M Theunen bezorgd)

            Boeken :

            • Atlas van de farmacologie (ISBN 90-5574-472-7)
            • Anatomie en fysiologie - Een inleiding . Martini & Bartholomew.  Uitg Pearson Education (ISBN 978-90-430-1389-5)
            • Toxicologiestudies in evolutie . Koen van Deun enPhilippe Vanparijs 2009 Uitg Campinia Media  (ISBN 97890356.1237.2) NIET VERPLICHT


            WERKVORMEN
            Soort werkvorm    
            hoor- en werkcolleges:

             100

            %
            practicum en oefeningen:

              

            %

            vormen van groepsleren:

              

            %
            Verdere toelichting:

            EVALUATIE

            Eerste examenperiode
            CategorieWeging van categorieën
            Integratief examen100%

            Schriftelijk examen

            Tussentijdse toets na eerste deel (zie leerinhouden) (multiple choice- vragen ) Deze tussentijdse toets telt voor 10% mee voor het eindtotaal.


            tijd voor examinering
            uren

            4 

            Tweede examenperiode
            CategorieWeging van categorieën
            Integratief examen100%

            Schriftelijk examen

            De punten van de tussentijdse toets worden overgedragen.

             
            Uiterste datum teruggave leerkrediet bij uitschrijving: 25/02/2013
            Voltijds modelpakket 2 - Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie - Immunologie
              
            O.O. heeft componenten:Neen
            Afstudeerrichting//Leertraject:Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie
            Code:4180100086
            Academiejaar:2012-2013
            Type:kern,
            Niveau:gespecialiseerd
            Periode binnen het modeltraject:Modelpakket 2 - Semester 2
            Contacturen:30
            Aantal studiepunten:4
            Totaal studietijd:104
            Examencontract:niet mogelijk
            Deliberatie:mogelijk
            Vrijstelling:mogelijk
            Onderwijstaal:
            Lector(en)Karen Pittois
            Marina Crols

             

            KORTE OMSCHRIJVING


            Immunologie:

            Inleiding tot het immuunverweer. Welke cellen en moleculen spelen een rol? Indeling in het (1) niet-specifiek verweer met de verschillende barrières en de ontstekingsreactie en (2) het specifiek verweer met antigenen en antilichamen. Toelichting bij het ontstaan en de evolutie van de immunologische reactie na contact van ons lichaam met een antigeen. Veel aandacht wordt besteed aan de productie van monoklonale antilichamen en hun toepassingen. 

             

            Extra opdracht voor MLT: ELISA


            Microscopische anatomie:

            Het maken van histologische preparaten verloopt in een aantal fasen. De histologische technieken zoals biopsie afname, fixatie, inbedden en snijden van het weefsel, kleuren en monteren van het weefsel worden besproken. De basis van de microscopische anatomie wordt kort besproken aan de hand van een aantal histologische preparaten
             


            COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
             Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

            Algemene competenties

            • BL01 Zoekt opheldering door het stellen van vragen.
            • BL02 Toont zich leergierig en bereid tot leren.
            • BL15 Verwittigt bij afwezigheden.
            • BL17 Toont respect voor materiaal en het gebruik ervan.
            Algemene beroepsgerichte competenties
            • BL28 Onderscheidt hoofd- en bijzaken.
            • BL29 Structureert informatie op een overzichtelijke manier.
            • BL45 Levert werk af volgens de gevraagde kwaliteit.
            • BL46 Heeft aandacht voor orde en netheid.
            • BL48 Maakt gebruik van de juiste wetenschappelijke terminologie.
            Beroepsspecifieke competenties

              SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN

              Facet Immunologie
              ·       situeert het verweer
              ·       benoemt en beschrijft de verschillende barrières uit het specifiek verweer
              ·       benoemt moleculen en cellen uit het niet-specifiek verweer en beschrijft de werking
              ·       benoemt en verklaart de kenmerken van een ontstekingsreactie
              ·       benoemt de belangrijkste gelijkenissen en verschillen tussen het specifiek en het niet-specifiek verweer
              ·       benoemt de verschillende organen van het specifiek verweer en beschrijft hun functie
              ·       benoemt de cellen van het specifiek verweer en beschrijft hun functie
              ·       benoemt de verschillende soorten antigenen, hun eigenschappen en klassificatie
              ·       benoemt en beschrijft de klinisch relevante antigenen (ABO, Rhesus en HLA)
              ·       beschrijft de structuur, soorten en werking van antilichamen
              ·       benoemt de gevolgen van antigeen/antilichaam binding
              ·       geeft het productieproces van monoklonale antilichamen schematisch weer
              ·       benoemt de mogelijke toepassingen van monoklonale antilichamen
              ·       geeft een indeling van de verschillende immuuntesten en licht deze toe met voorbeelden
              ·       benoemt een gegeven immuuntest, klassificeert deze en benoemt de eigenschappen
              ·       benoemt de verschillen tussen de humorale en cellulaire respons
              ·       beschrijft de werking van het specifiek verweer tegen infectieuze deeltjes (bacteriën, virussen, parasieten, gisten en schimmels)
               
              Facet microscopische anatomie:
              • Kent de problematiek van de staalafname en voert de analyses uit.
              • Voert de handelingen uit die aan de diagnose voorafgaan.
              • Herkent een aantal in de lessen besproken en bekeken weefsels.

              VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
              Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
              Om in te kunnen schrijven voor dit oo moet je geslaagd zijn voor: Biologie, Biochemie 1 Om in te kunnen schrijven voor dit oo moet je je ook inschrijven voor: Biochemie 2

              Andere begincompetenties

              LEERINHOUDEN


              Facet Immunologie


              Inleiding tot het verweer: plaats van het verweer. Verschillen tussen specifiek en niet-specifiek verweer.
              Het niet-specifiek verweer: barrières, cellen, eiwitten en werking
              Het specifiek verweer: 
                 Moleculen: antigenen, het MHC-complex, receptoren, immuunglobulinen 
                 Cellen en organen 
                 Werking: verweer tegen infectieuze deeltjes, ontsnappingsmechanismen 
                 Monoklonale antilichamen: productie en toepassingen
               

              Extra opdracht voor MLT: ELISA


              Facet microscopische anatomie


              Men bestudeert het proces van bioptafname tot het microscopische preparaat. De basis van de histologie wordt besproken aan de hand van enkele weefsels en organen.
              Met het microtoom worden coupes gemaakt.
              Preparaten van verschillende weefsels en organen worden microscopisch bestudeerd.
              Een extern labo wordt bezocht om het theoretisch bestudeerde proces van biopt tot coupe aan de praktijk te toetsen.



              STUDIEMATERIAAL

              Facet immunologie:

               

              • Bundeling powerpoint slides met  notities (Auteur: Karen Pittois)
              • Oefeningen per hoofdstuk beschikbaar op de P-schijf
              • Boek « Immunology » Lippincott’s Illustrated Reviews. Eds. Richard A. Harvey, Pamela C. Champe. Wolters Kluwer. ISBN 0-7817-9543-5/978-0-7817-9543-2

              Niet verplichte literatuur, aanwezig in de bib:

              • “How the immune system Works” 3th ed. 2008. L. Sompayrac. Blackwell Publishing. 978 1 4051 6221 0
              • "Understanding Immunology" P. Wood. 2011. Pearson Eduction Limited. ISBN 0273730681/978-0273730682

              Facet microscopische anatomie:

               

               

            • theorie- en praktijknota's (P. Winnen- M.Crols) 
            • PPT van theorieles (M.Crols)
            • Platenatlas histologie: Di Fiore's atlas of histology V.P. Eroschenko 8ste editie ISBN 0-683-02818-9 Williams & Wilkins
            • Histologische preparaten
            • Microscopen
            • Microtoom 

              Niet verplichte literatuur, naslagwerk:

            • "Functionele histologie" L.C. Juncqueira en J. Carneiro. elfde druk. Elsevier gezondheidszorg. ISBN 978 90 352 28627


            • WERKVORMEN
              Soort werkvorm    
              hoor- en werkcolleges:

               100

              %
              practicum en oefeningen:

                

              %

              vormen van groepsleren:

                

              %
              Verdere toelichting:


              Facet microscopische anatomie:

              • De lessen zijn verplichte activiteiten.
              • Werkvelddag:

                • de werkvelddag is een  verplichte activiteit.
                • indeling
                  • van biopt tot coupe (ook voor OO proefdierkunde)  dit is een activiteit die zal doorgaan in een  labo van de UA

              EVALUATIE

              Eerste examenperiode
              CategorieWeging van categorieën
              Integratief examen100%

              Schriftelijk examen + permanente evaluatie

              Extra opdracht voor MLT: ELISA 5% van de punten.


              Berekening van het cijfer voor dit opleidingsonderdeel:
               
              - Dit cijfer wordt in consensus toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende facetten verworven punten

               

              Conform artikel 55 van het OER kan voor dit opleidingsonderdeel de beoordeling “Fail” (code “F”)  toegekend worden volgens onderstaande criteria:

              ·         afwezigheid

              ·         niet uitvoeren van de opgelegde taken

              ·         niet afgeven van de gevraagde opdrachten

              ·         niet verwerven van de vooropgestelde competenties

               

              Bij gewettigde afwezigheid voor  een verplichte activiteit  haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt voor het inhalen zelf het initiatief.
              Bij meerdere gewettigde afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator.


               

               


              tijd voor examinering
              uren

              4 

              Tweede examenperiode
              CategorieWeging van categorieën
              Integratief examen100%

              Schriftelijk examen. De punten van de permanente evaluatie worden overgedragen.

               
              Uiterste datum teruggave leerkrediet bij uitschrijving: 25/02/2013
              Voltijds modelpakket 2 - Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie - Instrumentele analyse 2 FBT
                
              O.O. heeft componenten:Neen
              Afstudeerrichting//Leertraject:Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie
              Code:4180100050
              Academiejaar:2012-2013
              Type:kern,
              Niveau:gespecialiseerd
              Periode binnen het modeltraject:Modelpakket 2 - Semester 1
              Contacturen:34
              Aantal studiepunten:4
              Totaal studietijd:104
              Examencontract:mogelijk
              Deliberatie:mogelijk
              Vrijstelling:mogelijk
              Onderwijstaal:
              Lector(en)Kathy Reyniers

               

              KORTE OMSCHRIJVING

              Moderne laboratoria maken veel gebruik van geautomatiseerde instrumentele methoden. Voldoende inzicht in het principe van de methode en de inwendige opbouw van het apparaat zijn daarbij noodzakelijk.

              COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
               Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

              Algemene competenties

              • BL01 Zoekt opheldering door het stellen van vragen.
              • BL03 Zoekt naar aanvullende en nieuwe informatie en ontwikkelingen.
              • BL16 Respecteert deadlines/afspraken.
              Algemene beroepsgerichte competenties
              • BL30 Gaat stapsgewijs en systematisch te werk bij het analyseren van een probleem.
              • BL31 Schat de mogelijkheden en beperkingen van een werkmethode in.
              • BL34 Evalueert resultaten kritisch.
              • BL35 Verzamelt gegevens en/of meetresultaten in tabelvorm volgens de richtlijnen beschreven in "Noteren en verslaggeving".
              Beroepsspecifieke competenties
              • BL59 Heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis van de basiswetenschappen.
              • BL65 Heeft inzicht in eenvoudige wetenschappelijke onderzoekstechnologieën.

              SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
              • Leest en begrijpt een blokschema van de verschillende apparaten,
              • Herkent verschilpunten  tussen de aangeboden technieken, qua opstelling en toepassingsgebied,
              • Legt bij alle technieken het verband tussen de gemeten parameter en het te onderzoeken staal,
              • Heeft een overzicht van de mogelijkheden en de beperkingen van elke techniek. 

              VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
              Volgtijdelijkheid (inschrijvingsvereisten)
              Om in te kunnen schrijven voor dit oo moet je geslaagd zijn voor Chemie 1, Instrumentele analyse 1

              Andere begincompetenties

              LEERINHOUDEN

              Uitbreiding van ‘Instrumentele analyse ‘ van 1BL:  
              • Emissiemetingen: fluorimetrie, nefelometrie en AES,
              • Potentiometrie: soorten elektroden en statische potentiometrie,
              • Elektroforese :IEF, 
              • Chromatografie: GC en HPLC ,
              • Bepalingsmethoden: interne standaard en standaardadditie methode.

              STUDIEMATERIAAL

              Cursus Reyniers Kathy
              e-campus, map instrumentele analyse met ppt's , extra oefeningen
              Bb platform 
              bib: naslagwerken ivm instrumentele chemie

              WERKVORMEN
              Soort werkvorm    
              hoor- en werkcolleges:

               90

              %
              practicum en oefeningen:

                

              %

              vormen van groepsleren:

                10

              %
              Verdere toelichting:

              Groepsleren:

              Opdrachten en bedrijfsbezoeken

              Beoordeling van ppt en/of poster en/of een extra vraag INT 

              Evaluatie: totaal (5%)


              EVALUATIE

              Eerste examenperiode
              CategorieWeging van categorieën
              Integratief examen85%
              totaal cijfer examen15%



              Onaangekondigde testjes (10%).

              Groepsleren evaluatie (5%).


              Schriftelijk examen (85%) met kennis -, inzicht- en toepassingsvragen; zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als open vragen en casusvragen. 


              tijd voor examinering
              uren

              2 

              Tweede examenperiode
              CategorieWeging van categorieën
              Integratief examen85%
              totaal cijfer examen15%

              Enkel het schriftelijk examen (85%) kan hernomen worden.


              Schriftelijk examen met kennis -, inzicht- en toepassingsvragen; zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als open vragen en casusvragen. 
               
              Uiterste datum teruggave leerkrediet bij uitschrijving: 10/10/2012